donderdag 30 mei 2013

Badr Hari krijgt klop


De wonderen zijn de wereld nog niet uit: tegen een veel kleinere tegenstander delft reus Badr Hari het onderspit!
De kleine Rus heeft net zo'n leeuwenhart als indertijd Joe Frazier, die het opnam tegen Mohammad Ali, ook een stuk langer. Frazier versloeg Ali 1x maar verloor daarna 2x.

Na de nederlaag van Badr Hari gingen in de Marokkaanse gemeenschap hier meteen geruchten op over omkoping. Daar lijkt echter geen sprake van: de k.o. kwam geheel onverwacht, zoals je hier kunt zien. (Maar er is een kans dat hij zich l i e t uittellen.)

Artis : openluchtmuseum


Dierentuinman David Hancocks (foto) hield een feestrede tijdens het jubileum van 175 jaar Artis. Titel: ‘Natuur is de  leermeesters van Alles’. Heel feestelijk was zijn verhaal niet. Principieel werd het echter ook niet: hij wil slechts ‘betere’ dierentuinen…

Hieronder een paar citaten, commentaar onderaan. Hele tekst hier.

 ***

1.   In de jaren ‘70 van de vorige eeuw begonnen de openbare media gewag te maken van het massaal uitsterven van wilde diersoorten door menselijk handelen. Dierentuinen reageerden hierop met het argument dat behoud hun hoofddoel was en dat zij de nieuwe ‘Ark van Noach’ waren die bedreigde diersoorten overal ter wereld zouden redden.
 
Dit argument klopt niet, maar is voor veel dierentuinen  wel een mantra geworden.
 
De inspanningen die dierentuinen richting natuurbehoud leveren, kunnen niet gericht blijven op het redden van soorten alleen: effectief behoud moet gericht zijn op de bescherming van wilde leefgebieden, zodat de complexe onderlinge relaties tussen dieren en planten worden beschermd en behouden.
 

2.   Op het moment zien wij onszelf als het evolutionaire hoogtepunt en veel mensen houden vast aan het theïstische denkbeeld dat dieren alleen zijn geschapen om door de mens te worden gebruikt.
Een meer nederige en zinvolle opvatting zou zijn dat mensen een integraal deel uitmaken van de natuur en dat zij, net als alle andere levende wezens, door toevallige evolutie zijn ontstaan.

 
3.   Hoe lelijker een dierentuinverblijf is, hoe minder ‘liefde voor het leven’ hieruit spreekt.
In het ergste scenario zorgt de onnatuurlijkheid van een dierentuin ervoor dat bezoekers een verstoord begrip van de natuur en hun relatie tot de natuur krijgen. Het zorgt ervoor dat hun denkbeelden vertroebeld raken en dat hun gevoel van minachting en dominantie ten opzichte van de natuurlijke wereld groeit.
 

4.   De CEO van de American Association of Zoos beweerde in het openbaar dat bezoekers van een dierentuin, alleen al door het zien van een olifant van nabij, zich de rest van hun leven sterk blijven maken voor natuurbehoud. Het is een vals argument en niet meer dan een excuus voor dierentuinen om zich te blijven concentreren op hun ‘charismatische megafauna’ of in hippere bewoordingen hun ‘glamourbeesten’.

 
5.   Maar Artis is ook altijd een museum geweest met een collectie naturalia en een sterke verwevenheid met wetenschap en kunst. Artis is een van de zeer weinige dierentuinen met een zoölogisch museum, een aquarium, een geologiecollectie en een planetarium die daarnaast ook dienst doet als botanische tuin én als beeldengalerij in de openlucht.

  ***

Commentaar:

Ad 3 en 4. Dierentuinen bestaan meer dan honderd jaar. Het verdwijnen van de natuur en het uitsterven van soorten, waarover Hancocks het heeft, hielden ze niet tegen. 

Ze hebben geen enkele andere functie dan vermakelijkheid Daarom zijn er  zoveel van. Dat dit ten koste van het welzijn van de wilde dieren gaat, daar maalt niemand om.
 

Ad 5. Onbegrijpelijk dat Hancocks niet opmerkt dat al deze gebouwen niet in een dierentuin thuishoren, zeker niet in Artis, dat al een van de kleinste dierentuinen überhaupt is. Als die gebouwen al in een park moeten, zet ze dan in het Vondelpark – ruim driemaal groter en op loopafstand.

zondag 26 mei 2013

Waarom uw brief de krant niet haalt

Margreet Vermeulen, ombudsvrouw van de Volkskrant legt uit 'waarom uw brief de krant niet haalt.' Je vindt het hier. Naar mijn mening een zwakke verdediging van een dom beleid.
 
1. De ingezonden brievenrubriek wordt het meest gelezen. Voor een ondernemer is dit goud. Het betekent namelijk klantenbinding. Ik hoef niet te vertellen hoe hard kranten abonnees nodig hebben.
 
 2. De krant nodigt voortdurend uit tot tegenspraak. Hij verkondigt allerlei particuliere meningen en meninkjes die geregeld de haren te berge doen rijzen. Een krant die reacties niet of nauwelijks accepteert, neemt zichzelf niet serieus. Het zijn juist betrokken lezers die de moeite nemen te reageren en die de redactie van zich vervreemdt door haar hautaine houding van (overwegend) niet-plaatsing.
 
3. Voordat internet bestond kon de krant zich deze houding nog betrekkelijk ongestraft permitteren. Door internet kan dit allang niet meer. Internet geeft zoveel particuliere mogelijkheden tot publicatie, dat de krant een randverschijnsel geworden is.

zaterdag 25 mei 2013

De vrouw-van

Hella Asser publiceerde in 2006 het autobiografische boekje Los van de Wereld. Hella is de dochter van Eli Asser, en vrouw van Freek de Jonge.
Dat kan ik ook, moet Debbie Petter gedacht hebben. Getrouwd met Youp van ’t Hek. Zij schreef een autobiografische boekje dat “zo geschreven is dat het ook voor leerlingen op basisscholen goed te lezen is”. Het verscheen in 2009.
 
Literaire pretenties hebben ze geloof ik niet. Terecht.

Le dernier cri: Viszla


Zeldzame dynamiek, enorme loper, € 800

.

vrijdag 24 mei 2013

Vlees: onsmakelijk, verwerpelijk

Paulien Cornelisse

Waarschijnlijk heerst er vanuit de vleesverwerkende industrie ook een zekere paniek dat ze iets aan de man moeten brengen wat door een toenemend aantal mensen als onsmakelijk of zelfs verwerpelijk gezien wordt.
 
Croma deed deze ludieke poging: „Hoe maak ik mijn kiplekker?” Ik zie hierin dezelfde worsteling die geheerst moet hebben op het reclamebureau dat een spray voor ‘de derde oksel’ op de markt moest brengen.
Onlangs zag ik in een restaurant bij het kindermenu de ‘jabadabadoe-kluif’ staan.
 
Vrolijkheid kan zo treurig maken.
 
 
Paulien Cornelisse (fragment)

 

Santana



 
Zang: Rob Thomas


 
 
A painter paints pictures on canvas. 

But musicians paint their pictures on silence
 

 

Niek Pierson en de boeddhologie


Nicolaas Gerard (Niek) Pierson (Den Haag 1953 – Blaricum 2007) was een Nederlands econoom en ondernemer. Hij was eigenaar van het klamboebedrijf SiamDutch en tevens een belangrijke geldschieter van de Partij voor de Dieren.
Pierson (foto) studeerde ontwikkelingseconomie en vertrok op 28-jarige leeftijd naar Thailand. Tijdens zijn verblijf in Thailand verdiepte Pierson zich in het boeddhisme en was hij enige tijd monnik. Hij zette tevens twee klamboefabrieken op waarmee hij een fortuin verdiende. Zijn bedrijven, SiamDutch en Tana Netting, zijn gespecialieerd in de productie van zogenaamde Long Lasting Impregnated Nets (LLIN). De netten worden niet alleen in westerse landen verkocht. In samenwerking met de Wereldgezondheidsorganisatie en Unicef worden de netten ook in Afrika verspreid, waar het als effectief en belangrijk middel geldt tegen malaria.
Naar aanleiding van een interview in dagblad De Telegraaf op 31 december 2005 zocht partijvoorzitter Marianne Thieme van de Partij voor de Dieren contact met Pierson. Na een ontmoeting met haar besloot hij sponsor te worden van de politieke partij. De 300.000 euro van Pierson was een welkome aanvulling op het campagnebudget voor de Tweede Kamerverkiezingen 2006, die de PvdD als nieuwe partij met twee zetels in het parlement zouden brengen.
 
***
De Stichting Pierson Filosofie werd begin 2007 opgericht door Nicolaas G. Pierson (1953-2007), ruim een half jaar voor zijn overlijden. De Stichting heeft als doel: te komen tot een wereldfilosofie van de 21ste eeuw, een wereldfilosofie waarvoor de boeddhistische filosofie en spiritualiteit een belangrijke inspiratiebron vormt. ‘De Stichting wil de dialoog tussen oosterse en westerse filosofische tradities stimuleren en zoeken naar mogelijkheden om beide te integreren in een systematische reflectie op de actualiteit.’ (Stichtingsakte 31-1-2007)
Niek Pierson studeerde ontwikkelingseconomie aan de UvA en was met name geïnteresseerd in niet-westerse culturen. Die belangstelling werd nog aangewakkerd toen hij bij Bruno Nagel aan de UvA het bijvak niet-westerse en vergelijkende wijsbegeerte volgde. Vooral de boeddhistische filosofie trof hem zeer.
Na zijn afstuderen ging hij naar Thailand, om een bedrijf op te zetten dat de ontwikkeling van het land zou bevorderen. Dit werd het bedrijf Siam Dutch, dat zeer succesvol werd in het produceren en wereldwijd verkopen van klamboes. In Thailand werd hij gegrepen door het boeddhisme. Begin jaren negentig werd hij zelfs officieel ingewijd als bhikkhu, en leefde hij voor enige maanden in monnikskleren.
Meer dan tien jaar overleefde hij een dodelijke vorm van prostaatkanker. Toen hij zijn einde voelde naderen wilde Niek Pierson nog iets doen voor zijn grote liefde, het boeddhisme. Hij richtte, in overleg met bij de academische studie van het boeddhisme en de vergelijkende filosofie betrokkenen, de Stichting Pierson Filosofie op, die ‘haar doel tracht te verwezenlijken door het ondersteunen van een bijzondere leeropdracht en het stimuleren van publicaties op het gebied van wereldfilosofie en vergelijkende wijsbegeerte.’ (Stichtingsakte 31-1-2007)
 
***
Dr. André van der Braak (1963) wordt met ingang van 1 januari 2012 voor een dag per week als bijzonder hoogleraar aan de Vrije Universiteit benoemd.
De nieuwe leerstoel, vernoemd naar de in 2007 overleden Nicolaas Pierson, is een initatief van de Stichting Pierson Filosofie, en wil de dialoog tussen boeddhistische en westerse tradities stimuleren, om beide te integreren in een reflectie op de actualiteit. De leerstoel is gevestigd aan de faculteit der Godgeleerdheid van de VU, en zal nauw samenwerken met het daar gevestigde Centre for the Study of Cultural and Religious Diversity (ACCORD).
Dr. André van der Braak is comparatief filosoof en als medewerker van de Nietzsche-onderzoeksgroep verbonden aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Van 2007 tot 2009 was hij directeur van de stichting Filosofie Oost-West. Hij doceert filosofie aan verschillende instellingen. In zijn werk probeert hij westerse en boeddhistische tradities met elkaar in dialoog te brengen, om daarmee ook typisch westerse tegenstellingen zoals theorie en praktijk, filosofie en spiritualiteit, academische filosofie en publieksfilosofie, en religie en seculariteit te overbruggen.
In zijn onderzoek zal Van der Braak zich richten op de ontmoeting van de Aziatische boeddhistische tradities met de westerse moderniteit, de maatschappelijke en institutionele inbedding van het boeddhisme in de westerse samenleving, om zo bij te dragen aan een filosofische reflectie op de vraagstukken van de moderne tijd. In samenwerking met ACCORD zal hij onderzoek doen naar de culturele en religieuze diversiteit in boeddhistische en westerse tradities. De leerstoel levert zo een belangrijke bijdrage aan de ontwikkeling van de VU tot een centrum van nationale en internationale interreligieuze dialoog.
Van der Braak promoveerde in 2004 op Nietzsche. Sindsdien publiceert hij regelmatig in internationale wetenschappelijke tijdschriften en spreekt hij op internationale congressen (VS, China, Taiwan). Eerder publiceerde hij Enlightenment Blues (2003), Hoe men wordt, wat men is (2004), Goeroes en Charisma (2006), en co-redigeerde hij de bundels Het religieuze na de religie (2008) en Buddhist Transformations (te verschijnen). Onlangs verscheen zijn boek Nietzsche and Zen: Self-overcoming without a Self, waarin hij Nietzsche in dialoog brengt met verschillende boeddhistische denkers. Van der Braak beoefent sinds 1981 aktief boeddhistische meditatie, en is werkzaam als zenleraar bij het Zen Centrum Amsterdam.
 
***

André van der Braak nu gewoon hoogleraar boeddhistische filosofie
De website van de V.U. meldt dat per 1 mei aanstaande André van der Braak gewoon hoogleraar 'boeddhistische filosofie in dialoog met andere tradities ' wordt.
En wel voor 4 dagen per week, terwijl hij z'n werk nu in één dag per week moet doen.

Dat is goed nieuws voor de VU, voor André, voor zijn studenten en hopelijk ook voor het boeddhisme en de boeddhologie in Nederland.

Tot nu toe lijkt hij vooral tijd te hebben gehad voor de filosofie van Zen (en Chan). Nu wordt het ook mogelijk dat hij de Abhidhamma bestudeert en de moeilijke principes van dukkha, anicca en anatta; waarbij het relatief makkelijk makkelijk zal zijn, 'dukkha ' aan een protestant Christen uit te leggen (makkelijker dan aan een Zen-boeddhist bv) maar verdomd moeilijk om ze de achtergronden van 'anatta ' bij te brengen

***


Commentaar

Wat gaat er gebeuren met het geld dat de 'Stichting Pierson Filosofie' beschikbaar stelt voor de bijzondere leerstoel die André tot 1 mei bekleedt?
 
Dat geld valt vrij; kan daar nu een andere docent van aangetrokken worden?

donderdag 23 mei 2013

Nieuwe wettelijke status voor dieren!

Burgerlijk Wetboek Boek 3

Artikel 2a

    • 1. Dieren zijn geen zaken.
    • 2. Bepalingen met betrekking tot zaken zijn op dieren van toepassing, met in achtneming van de op wettelijke voorschriften en regels van ongeschreven recht gegronde beperkingen, verplichtingen en rechtsbeginselen, alsmede de openbare orde en de goede zeden.

***

Commentaar

Indien 'geen zaken', wat zijn het dan wel?

Niet-menselijke personen?

Met rechten?

woensdag 22 mei 2013

Roeien is een witte sport

foto: Lukas Kurtz


1.   Roeien is een witte sport. De gekleurde medemens zie je het niet doen. Een mogelijke verklaring is dat het een traditionele studentensport is. Roeien zit ook vaak in de familie. Het is meer elitair dan het kanovaren.
2.   Wedstrijdboten zijn gestandaardiseerd voor 1 persoon (‘skiff’), twee, vier en acht. Dat er geen oneven aantallen zijn is begrijpelijk, maar waarom er geen zespersoonsboot is, is (mij) niet bekend.
3.   Er zijn mannen- en vrouwenboten. Mixed boten vind je alleen bij het toerroeien.
4.   Leerlingboten zijn hoger en hebben stabielere ligging.
5.   Het is een krachtsport. De motoriek wordt er niet door ontwikkeld.


Presentatrice: smaken verschillen

 
Het staande presenteren van het journaal vind ik nog steeds geen goed idee. Het toont onbarmhartig het figuur van de presentatrice. (De mannelijke presentator verbergt zijn uiterlijk doorgaans onder een kostuum).
 
De dictie (stem, articulatie) is belangrijk, maar de kijker ziet, zeker als het een man is, ook graag een appetijtelijk figuur. Die combinatie van eigenschappen schijnt Hilversum niet te kunnen vinden. De steeds meer uitdijende Sasja de Boer is nu vervangen door een dame-zonder-taille! Op bovenstaande foto niet goed te zien, maar er zijn geen betere. Een vrouw die zich niet kleedt in een afkledende, donkere jurk, maar juist in een harde kleur rose, die bijna pijn aan de ogen doet. Een model dat het lichaam pijnlijk nauwkeurig volgt.
 
Van achter een bureau zou de presentatie m.i. functioneler zijn: minder afleidend van het nieuws.
 
 

zaterdag 18 mei 2013

Pauw en Witteman: Opzitten en Pootjes Geven


Jeroen Pauw vroeg aan Jet Bussemaker of ze in dit tv- programma haar excuses ging aanbieden aan de boze vrouwen die ze verweten heeft op de zak van de man te teren. Dat was ze niet plan omdat ze het gedeeltelijk met de boze vrouwen eens was. In haar toelichting daarop werd ze door Witteman ruw onderbroken met de opmerking dat het erom ging dat vrouwen op de zak van de man teren. Bussemaker moest bij de les blijven, in de ogen van meester Witteman. Pijnlijk.
 
Toen kwam Roos Vonk aan de beurt. Daar had met name Jeroen Pauw een kwaaie aan. Zij liet zich namelijk op geen enkele manier beïnvloeden. Een pijnlijk moment in dit interview was dat haar het medeleven met de dieren verweten werd terwijl op de achtergrond de verschrikkelijkste beelden uit de bio-industrie geprojecteerd werden. Vermoedelijk zagen Pauw en Witteman dit niet doordat ze er met de rug naar toe zaten (foto). Vonk beet de voortdurend interrumperende Pauw toe: “Steek jij dan ook maar je kop in het zand.”
Hij probeerde nog enigszins zijn gezicht te redden met de opmerking dat hij het ook best wel erg vond, maar dat enzovoort. Hij wist zelfs niet dat het CDA-kamerlid Geurts - onderwerp van het gesprek - een varkensboer is.

Wordt het niet eens tijd dat de heren iets anders gaan doen?

dinsdag 14 mei 2013

Goed wonen

Enkele woningcorporaties zijn gefuseerd. Om dat duidelijk te maken hebben ze aan hun cliënten een kaart toegestuurd met een afbeelding die ook op de website staat, namelijk deze:
 

Daarover heb ik geklaagd. Ik kreeg de volgende toelichting:
 

1.   De afbeelding wil ‘transparantie’ uitdrukken.
 

2.   Ik ben de eerste die daarover klaagt, terwijl de fusie inmiddels enkele maanden oud is.
 

3.   De afbeelding wordt voorlopig nog niet verwijderd.

 
***

Commentaar


Ad 1. Ik vind er niets transparants aan, integendeel: als dit de manier van wonen is die de woningcorporaties voorstaan, dan zullen ze weinig tevreden klanten hebben.
 

Ad 2 en 3. Het laat zien dat er veel te weinig geklaagd wordt.
 
.


Smetana

Standbeeld in geboorteplaats, Litomysl (Tsj.)
Een heel aardig kort verhaal schrijft Maarten ’t Hart over Smetana, die we allemaal kennen van de compositie waarin het stromen van de Moldau, door Praag, zo mooi verklankt wordt. De geschiedenis is dat ’t Hart, die een hekel aan reizen heeft, door zijn uitgever geprest wordt deel te nemen aan een boekenbeurs in Zweden, samen met een groot aantal andere Nederlandse auteurs. Wat de pil voor hem verguldt is dat Anna Enquist ook meegaat. Hij verheugt zich erop  met haar over muziek te kunnen praten en samen met haar door Göteborg te kunnen dwalen, op zoek naar herinneringen aan Smetana.
Deze componist bracht daar in het midden van de negentiende eeuw namelijk enkele winters door, gaf er recitals en muziekonderricht en trad op als dirigent. Terloops legde hij het met Zweedse vrouwen aan. De grote vraag voor ’t Hart is desalniettemin wat iemand bewogen kan hebben het aangename Praag te verruilen voor een sombere donkere stad als Gotenburg in de winter. Hij denkt dat Enquist als “gediplomeerd zieleknijper”, daar misschien wel een psychologische verklaring bij heeft. Tot zijn onuitsprekelijke vreugde komt ze in het vliegtuig naast hem zitten! Groot is zijn teleurstelling als ze de hele vlucht in een Engels boekje zit te lezen en hem geen blik waardig keurt. Hij is te beleefd om haar in haar lectuur te storen. Hij gaat ervan uit dat er nog wel een gelegenheid komt. Maar ook dat valt tegen: de schrijfster houdt zich de volle drie dagen op in de rookruimte van de beurs.
 
Omdat hij slecht slaapt staat hij vroeg op. Hij begrijpt niet dat de ontbijtzaal in het luxehotel om vijf uur nog dicht is, en hij tot zes uur op een kop thee moet wachten. Zijn collega’s laten zich niet zien. De eerste kinderboekenschrijvers komen pas om half negen naar beneden, de andere auteurs nog later.
Hij wacht er niet op en doorkruist in arren moede in zijn eentje de stad. Nergens vindt hij een aanknopingspunt voor Smetana. Bij de VVV weten ze van niks, en nergens ook maar iets dat herinnert aan de grote componist: nog geen straatnaambordje.
 
En passant beschrijft hij het werk, op zijn bekende gedetailleerde en lyrische wijze. Negen opera’s componeerde de Tsjech maar hij was ook bedreven in  talloze andere genres. Zijn muziek voor piano speelt ’t Hart zelf graag na. De man was katholiek maar opvallend genoeg componeerde hij niet één religieus werk. Niet één mis bijvoorbeeld. In dit opzicht was hij een onbegrijpelijke uitzondering onder de componisten.
Een laatste poging doet ’t Hart door op zoek te gaan naar singels die ooit door Nederlanders aangelegd zouden zijn. Daar is ook al zo goed als niets van over. Gedesillusioneerd gaat hij terug naar het hotel. Bijna was hij toen een singelhuis voorbijgelopen waarop een blinkende koperen plaat aangebracht bleek te zijn. Daarop stond gegraveerd:

 

Här bodde

Aren 1857-1858

Den Tjeckiske

Tonsattaren

BEDŘICH SMETANA
 
***
 
 
Maarten 't Hart, Dienstreizen van een thuisblijver
Arbeiderspers 2011

maandag 13 mei 2013

Birds don't fly

Als ik het goed heb, gaat Anouk, onze vertegenwoordigster op het Eurovisiesongfestival, daar morgenavond een liedje zingen dat gaat over vogels die niet vliegen. Uit nieuwsgierigheid heb ik het even beluisterd, hier.
 
Welnu, mij lijkt het kansloos. Maar ik heb er geen verstand van. Ik weet wel dat we met Gordon ook niks klaarmaakten, dus wie weet lukt het met dit serieuze nummer wel.

Ik heb geen idee waar het met die vogels over gaat,  - dat geldt allicht voor de meeste kijkers. De melodie vind ik zeurderig en saai. Het beste wat je er m.i. van kunt zeggen is dat de Haagse een mooie (zang)stem heeft.

vrijdag 10 mei 2013

Het weerbericht


In zijn boek over risico-intelligentie pleit de schrijver ervoor bewuster om te gaan met kansen*. Hij wil met name dat we ze (leren) kwantificeren.
Het dagelijkse weerbericht is daar ver in. Men heeft niet zoveel aan allerlei subjectieve mededelingen, die ook nog kunnen verschillen van voorspeller tot voorspeller.
 
Vanouds wordt de temperatuur aangegeven in graden.
 
Er zijn schalen van Beaufort voor de windkracht, en van Richter, voor de bevingen waar ze tegenwoordig in Groningen mee moeten leren omgaan.
 
De kans op regen wordt aangegeven in percentages, net als de kans op zon. (zie boven). Door anderen wirdt ook wel het verwachte aantal zonuren opgegeven.
 
De hooikoortswaarschuwingen zijn nog niet gekwantificeerd.

Overigens zijn de gebruikte getallen ook subjectief! Andere voorspellers kunnen andere cijfers geven. Daarom is  het verstandig bij één voorspeller te blijven.
 
***
 
*Dylan Evans, RQ. Hoe risico-intelligentie zorgt voor betere beslissingen in onzekere situaties (Amsterdam 2012)

woensdag 8 mei 2013

Raad voor Dieraangelegenheden: Zorgplicht

Het rapportje  van de Raad voor Dieraangelegenheden is stilistisch geen hoogstandje, de titel wijst daar al op: 'Zorgplicht natuurlijk gewogen'. Veel staat er ook niet in, aan herhaling geen gebrek, maar het is ook weer niet helemaal niks. De grootste verdienste ervan is dat het de minister nadrukkelijk adviseert de samenleving te betrekken bij het oordeel over het beheer van wilde dieren.
De doorbraak is de sterfte in de  Oostvaardersplassen geweest: 
 
De natuurlijke sterfte als gevolg van verhongering van grote grazers in het Oostvaardersplassen-gebied werd bijvoorbeeld door ICMO2 als onnodig lijden beoordeeld, omdat de beheerder van dat gebied interventiemaatregelen (in de vorm van afschot van zwakke dieren) praktisch kan uitvoeren. De managementdoelstelling ‘natuurlijk beheer met zo min mogelijk ingrepen’ werd hierbij als niet voldoende beschouwd om op te kunnen wegen tegen het lijden van de dieren.
Als resultaat werd het als moreel onaanvaardbaar beoordeeld om niet in te grijpen bij dieren die in een dermate slechte staat verkeren dat zij daaraan naar verloop van tijd zullen sterven.
 
Faunabescherming* en in haar voetspoor de Partij voor de Dieren hebben daar een pijnlijk lesje moeten leren.
Nochtans stelt de Raad de belangen van mensen nadrukkelijk voorop, onder verwijzing naar het beruchte ‘rentmeesterschap’ (CDA); zelfs de ‘grondhouding’ (Lubbers) wordt geciteerd!
 
Daarbij tekent de Raad aan dat het rentmeesterschap – inhoudende dat de mens het recht heeft om dieren te houden, benutten en doden, het recht heeft om de levensruimte van dieren te beïnvloeden en de plicht heeft om in zijn handelen met de belangen van dieren rekening te houden – heden ten dage in Nederland een maatschappelijk breed gedragen grondhouding is.
Dat betekent dat het inperken van de zelfredzaamheid van dieren ten principale aanvaardbaar is wanneer dat bepaalde belangen van de mens dient. Of de compenserende interventiemaatregelen en de resterende welzijnsaantasting aanvaardbaar zijn zal per context afgewogen moeten worden.
(…)
Zo wordt bijvoorbeeld in de huidige situatie een potentiële welzijnsaantasting maatschappelijk geaccepteerd wanneer we dieren gebruiken als proefdier of voor de voedselproductie, maar ook wanneer we dieren bejagen, o.a. in het kader van verkeersveiligheid of ter bevordering van de biodiversiteit.
 
Het beste inzicht uit het rapport vind ik:
 
Daarnaast betekent de afwezigheid van een negatieve toestand nog niet noodzakelijk het bestaan van een positieve toestand. Dit is uitermate relevant, omdat de (Nederlandse) maatschappij er in toenemende mate op aandringt om te streven naar situaties waarin het dier zijn toestand als positief ervaart – ook wel positief dierenwelzijn genoemd. 
 
***
 
*
Faunabescherming werkte mee aan het rapport. Hoewel zij het (per mail) 'vrij afgewogen en acceptabel' noemt, vermeldt ze het niet op haar website.

Dierenwelzijn en Waterleidingduinen (ingezonden)

Ree
                                                                                      
De  'kwestie' Amsterdamse Waterleidingduinen (AWD) vraagt al geruime tijd de aandacht.
Na een zeer ongelukkige periode van 'geen beheer', met name van harte aanbevolen door sommige politieke partijen in Amsterdam, is de huidige situatie en de ontwikkeling van de damhertenpopulatie in de AWD  inmiddels een reden tot grote zorg en kritiek geworden.
Zorg en kritiek die nu  geuit worden vanuit diverse 'partijen' binnen de Nederlandse bevolking.
Ik noem:

-         Enkele politieke partijen in Amsterdam en ook dier- en- natuur beschermende instanties denken de oplossing te vinden in de zogenaamde 'zelfregulering' van de natuur.
 
Maar wat is er 'natuurlijk en zelfregulerend' aan het plaatsen van  hekken  in de AWD? Hierbij moge nog worden opgemerkt dat deze maatregel op weerstand stuit vanuit de bevolking, een gegeven waar ook de politiek niet aan voorbij kan en mag gaan.  

   -      Ook de snelle toename van de damhertenpopulatie baart zorgen. Daar waar de damhertenpopulatie jaarlijks met 20% toeneemt, neemt de reeën populatie (nota bene de oorspronkelijke bevolking van de AWD) met 80% af.

***
 
Hierbij wil ik verwijzen naar de op 12 november 2012  uitgebrachte en aan de Staatssecretaris van Economische Zaken, Mevrouw Sharon Dijksma, overhandigde zienswijze van de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA). Hij staat hier.

De RDA wijst hierin op het feit dat Nederland het enige land is met wet- en regelgeving voor ALLE dieren, gehouden dan wel niet-gehouden dieren.

Ook meldt deze RDA zienswijze: "De huidige juridische verdeling in gehouden en niet-gehouden dieren voorziet niet in een tussencategorie. En dat wringt. Maatschappelijke discussies en politieke debatten laten zien dat een zgn. afblijfplicht voor niet gehouden dieren in een afgegrensde leefomgeving niet meer past in onze huidige maatschappelijke waarden en normen.

Een heroverweging van de categorieën waarin we de dieren indelen en een nadere duiding van onze verantwoordelijkheden en rollen ten opzichte van die verschillende categorieën is dus aan de orde".

 ***

Ik constateer dat met zoveel en zozeer uiteenlopende meningen het moeilijk is een goede en duurzame oplossing te vinden voor alle partijen, zowel voor mens als dier.
De laatste zin van bovengenoemde RDA quote is hierbij dan ook van groot, zo niet van cruciaal belang!

Er zou  een heroverweging moeten komen over de visie vwb. onze verantwoordelijkheden tov. niet-gehouden ofwel semi-wilde dieren
 
Het zou derhalve aan te bevelen zijn een commissie aan te stellen van onbevooroordeelde en onafhankelijke deskundigen.
Daarbij valt te denken aan een equivalent van de ICMO-Commissie ofwel Commissie Gabor (OVP).
Deze commissie zou een evaluatie volgens de in de RDA-zienswijze  geschetste kaders moeten uitvoeren. M.a.w. deze commissie moet kijken naar wetenschappelijke alternatieven alsook naar de morele opvattingen die kennelijk aan verandering onderhevig zijn.

Hiermee zou een onafhankelijk advies kunnen worden verkregen voor zowel wetenschappelijke alsook morele vraagstukken/issues mbt. dierenwelzijn. 
Tevens zou een dergelijke evaluatie mogelijkheden bieden tot het vinden van duurzame oplossingen die voor alle betrokken partijen aanvaardbaar zijn en een antwoord bieden op vragen die sterk leven binnen onze bevolking mbt. de zorgplicht van met name niet-gehouden dieren.
 
Damhert