maandag 30 januari 2012

Jezus redt, en David van Gennep ook


In Trouw van 28 januari schrijft Arlette Dwarkasing een lofzang op de stichting AAP en met name over David van Gennep. Die blijkt tijd te hebben om een boek te schrijven, getiteld:  Een apenleven lang. Het verschijnt volgende week.

Zij schrijft: “AAP redt uitheemse dieren die afkomstig zijn van illegale handel, proefdierlaboratoria, dubieuze dierentuinen, circussen, en soms van particulieren.”

Dit is niet helemaal juist: de proefdierlaboratoria horen eigenlijk niet in dit rijtje thuis. Opvang hiervan gebeurt hoogst zelden; de praktijk is dat proefdieren afgemaakt worden. (ruim 1 miljoen p.j.)

De overige opvang wordt door AAP in stand gehouden. Anders gezegd: daar leven de tientallen medewerkers in Almere van. De stichting verzuimt haar invloed aan te wenden om een wettelijk verbod op dergelijke praktijken tot stand te doen komen, en naleving ervan te doen handhaven.

Voor de dieren betekent AAP niet veel meer dan tijdelijk een wat betere kooi. Na enige tijd worden ze weer doorgeschoven naar de volgende dierentuin.

De enige keer dat AAP iets gedaan heeft om te komen tot een structurele oplossing is in het geval van circussen. Ze levert een bijdrage aan de stichting die dieren uit circussen weg wil hebben, genaamd: ‘Wilde dieren de tent uit’.

zondag 29 januari 2012

Anja Hazekamp, Gezenderde zeehonden

Lift, drag and pitching moment
An increasing number of marine mammal studies on physiology, behaviour and ecology rely on data, which have been collected from back-mounted devices, such as bio-logging tags and satellite transmitters. 
However, external devices may influence an animal’s hydrodynamics, behaviour and energy expenditure and, therefore, can impede the individual animal. 

To investigate the influence of external devices on seals, the water flow along a grey seal was simulated using computational fluid dynamics calculations. 
The simulations revealed several changes in forces and moments and thus balance, due to this device.

The investigated satellite transmitter creates an average 12% increase of the drag coefficient.
Additionally, there are significant relative transmitter-induced increases in pitching moment (32%) and lift (240%).

The simulations also showed that the transmitter generates areas of decreased wall shear stress on the seal’s back. The results of this study demonstrate that external devices can change the hydrodynamics of the seal, which is expected to alter the seal’s physiology and behaviour and its use of the ecosystem.
Long-term attachment may have adverse effects on the animal’s welfare. It is important to take these effects into consideration when studying tagged seals; otherwise, the value of the data obtained will be poor. Therefore, interpretations and extrapolations regarding ‘natural behaviour’ of animals in their ‘natural environment’ should only be made with great caution.

***
Hazekamp, Anja.A.H; Mayer, Ron; Osinga, Nynke.
'Flow simulation along a grey seal: the impact of an external device'
European Journal of Wildlife Research, 56, 131-140 (april 2010)

Na de Oostvaardersplassen: Pieterburen

De zeehondenopvang in Pieterburen ligt weer eens onder vuur. In verschillende kranten schrijven biologen dat de opvang van verzwakte dieren of alleen gelaten jongen (‘huilers’) de populatie als geheel verzwakt. Het lijkt wel komkommertijd: eens in de zoveel tijd duikt dit weer op. Aanleiding op dit moment is echter dat Pieterburen (en Ecomare) overvol zitten met zieke of verzwakte zeehonden.

Zelf steun ik deze opvang als donateur. Ik denk dat Lenie c.s. goed werk doet. De organisatie wordt gesteund door maar liefst 63.000 donateurs – naast grote sponsoring - dus ik denk niet dat Bleker zijn vingers aan deze zaak zal willen branden door de opvang te verbieden. Ze kost het Rijk in ieder geval geen cent.

Wat het nog interessanter maakt is de rol van de Partij voor de Dieren. Die is er in dit soort kwesties meestal – terecht – als de kippen bij maar nu heb ik nog niet van ze gehoord. Berucht is haar opstelling in de Oostvaardersplassen, waar ze bepleit de dieren in strenge winters aan hun lot over te laten en vrolijk te laten kreperen. Dit op advies van de Faunabescherming. Je mag dus verwachten dat ook in de zaak van de zeehonden de Partij  (en de Faunabescherming) zich tegen de opvang in Pieterburen keert.

Pikant is dat Marianne Thieme met zwangerschapsverlof is en vervangen wordt door…………Anja Hazekamp*. Laatstgenoemde is niet alleen oud-medewerkster van de opvang maar ook verdedigde ze het bedrijf nog niet zo lang geleden in het biologenvakblad. Maar in de kwestie van de Oostvaardersplassen hield ze haar kaken stijf op elkaar. Esther Ouwehand daarentegen steunt tot dusver de partijlijn. 
Het wachten is op de eerste journalist die de Partij daarover vragen telt.

***
*Hazekamp, A.A.H., Mayer, R., Osinga, N.
'Flow simulation along a grey seal; the impact of an external device'
European Journal of Wildlife Research, 2010, 56, 131-140

zaterdag 28 januari 2012

Sylvia Borren (ex-OxfamNovib 'doe 'n dier cadeau')



Zegt Sylvia Borren......

zegt Marianne Thieme........

zegt Mahatma Gandhi..........

"Eerst negeren ze je,

dan lachen ze je uit,

dan bestrijden ze je

en dan .........

win je de strijd."
.

donderdag 26 januari 2012

Wie een kat heeft, mag blijven. Of niet.



Onderstaande tekst grijpen de Britse conservatieve minister van Binnenlandse Zaken, May, en zelfs haar partijgenoot, de minister-president Cameron, aan om kritiek te leveren op het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, dat het land verbiedt een radicale sjeik uit te zetten naar Jordanië. 

***
Een Britse rechter heeft geoordeeld dat een Boliviaanse immigrant in Groot-Brittannië mag blijven, omdat hij anders zijn kat moet achterlaten. Door samen met zijn vriendin voor de kat te zorgen, bewijst de man volledig geïntegreerd te zijn. Politici reageren ontgoocheld op het vonnis.
De Boliviaan was gevraagd het land te verlaten, omdat zijn visum verlopen was. Maar voor het Immigratietribunaal argumenteerde hij dat zijn kat achterlaten een schending van de mensenrechten inhield. Dat hij zo goed voor zijn kat zorgde, bewees ook dat zijn vriendin en hijzelf echt wel voor elkaar gekozen hadden. De rechter volgde hem en schertste: “Nu hoeft je kat in ieder geval geen schrik te hebben van Boliviaanse muizen."

Het ministerie van Binnenlandse Zaken ging in beroep, maar ving bot. Opnieuw was de kat de reden om te mogen blijven. Damian Green van het ministerie van Immigratie reageerde verbolgen: “Moet ik hiermee nu huilen of lachen? Als het bezit van een huisdier een doorslaggevend element is bij beslissingen over het al dan niet mogen blijven, dan is de wet ‘an ass’.”
Ook migratiedeskundige Sir Andrew Green vond de beslissing “volkomen absurd. Om wanhopig van te worden.”
 ***
Deze geschiedenis, uit 2008/2009, is in Engeland uitgegroeid tot mythische proporties, niettegenstaande dat ze onjuist is. Een goed voorbeeld van de verdorvenheid van politici zoals Theresa May die gebruiken wat in hun kraam te pas komt, en het niet zo nauw nemen met de waarheid. Hieronder de werkelijke gang van zaken.
***
Theresa May under fire over deportation cat claim


Home Secretary Theresa May has been criticised for claiming that an illegal immigrant avoided deportation because of his pet cat. She told the Conservative conference the ruling illustrated the problem with human rights laws, but England's top judges said she had got it wrong.

Her Cabinet colleague Ken Clarke said he had been "surprised" by the claim and could not believe it was true.And human rights campaigners said Mrs May should get "her facts straight".


Mrs May made the remark during a speech in which she repeated her belief that the Human Rights Act, which incorporates the European Convention on Human Rights into UK law, "needs to go".
She also outlined how she planned to rewrite immigration rules to prevent "misinterpretation" of Article 8 of the convention - the right to family life.
She said the meaning of Article 8 had been "perverted" and used to prevent the removal of foreign national prisoners and illegal immigrants - more than 100 of whom successfully used it last year to avoid deportation.
She pledged to clear up any "misconception" by judges about what it meant.
"We all know the stories about the Human Rights Act... about the illegal immigrant who cannot be deported because, and I am not making this up, he had a pet cat."

But a spokesman for the Judicial Office at the Royal Courts of Justice, which issues statements on behalf of senior judges, said the pet had "had nothing to do with" the judgement allowing the man to stay.
Mrs May told the BBC her speech had been checked before it went out and that the case was "just one example" of where she believed the law was being misconstrued. But she promised she would have "another look at the case", if it was proved to be wrong.

Asked about the reference, her Conservative cabinet colleague, Justice Secretary Ken Clarke, told the BBC: "The cat surprised me. I cannot believe anyone was refused deportation just because they owned a cat."

Later he told a fringe meeting that the case "certainly has nothing to do with the Human Rights Act and nothing to do with the European Convention on Human Rights".
And he said repealing the UK Human Rights Act would mean "all the cases go back to Strasbourg", adding: "I think it is a good idea that we remain adhering to the Convention on Human Rights and the cases are heard here by British judges."
Mr Clarke said he had not discussed with Mrs May her plan to change immigration rules to reduce the number of foreign criminals successfully using Article 8 to avoid deportation.
But he said it was "fine" to "remind people" about the scope of Article 8 as he believed there had to be an "extremely compelling" reason for convicted foreign criminals to remain in the UK.

For Labour, shadow policing minister Vernon Coaker said the government was not enforcing the rules that already existed.
"We have the ludicrous spectacle of the home secretary blaming cats - whilst letting into the country a sheikh the home secretary thought she had banned and ending up paying him compensation as a result."

And Amnesty International said Mrs May's comments only fuelled "myths and misconceptions" about the Human Rights Act. "That someone in Theresa May's position can be so misinformed as to parade out a story about someone being allowed to stay in Britain because of a cat is nothing short of alarming," the campaign group said. "She urgently needs to get her facts straight."


The case at the centre of the row occurred in 2008 and involved a Bolivian student who said he could show he had a proper permanent relationship with his partner and should not be deported.

The Bolivian man eventually won his case on appeal because the Home Office had ignored its own immigration rules on unmarried couples. 

woensdag 25 januari 2012

Couperus in De Steeg

In 1923 vestigde Louis Couperus zich in De Steeg, nabij Rheden, in een door vrienden en bewonderaars aangeboden huis, waar hij enkele weken later in juli 1923 op zestigjarige leeftijd overleed aan longvliesontsteking en bloedvergiftiging.

Een bezoeker in De Steeg schreef het volgende:
"En daar is Brinio, de hond, gespannen wachtend in zijn ruimen kennel, dat de baas, de speelsche, levenslustige baas, hem zal komen halen voor een wandeling in de bosschen. Het is een prachtige Duitsche herder en de groote vreugde van Couperus' Geldersche retraîte.
Dan maakten we ons gereed voor nog een korte wandeling in de bosschen...

Mijn gastheer trok een paar stevige schoenen aan, glimlachend over dit toiletmaken in het openbaar, zoo maar sans-gêne (“wat zegt u wel van dien verfijnden Louis Couperus?”), een jas werd te voorschijn gehaald, die er tegen kon, en een sportpet en de karwats... en dan stond Brinio daar al te wachten, nauw in toom gehouden door den ouden tuinman en sprong tegen den baas op, dol in het vooruitzicht van de wandeling en maakte in een ommezien zijn meesters jas van geel tot modderig zwart. “Foei Brinio... foei. Zoo'n hond toch!” En daar gingen we. Mijn gastheer dravend voor mij uit, stoeiend met den uitgelaten Brinio om een been, om een stokje, dat hij apporteeren moest en niet los wou laten."

***
In 2006 kwam het Haagse 'Louis Couperus Genootschap' in actie in actie, bij monde van Jeroen ter Schure:

"Rheden, de laatste woonplaats van Couperus, is werkelijk een prachtige gemeente. Het ligt tussen de uitgestrekte bossen van de Veluwe en de lager gelegen IJssel. Op deze heuvelrug heeft men een indrukwekkend uitzicht over de rivier en zijn uiterwaarden en het daarachter gelegen land. Het is te begrijpen dat Louis Couperus hier graag kwam.

Met deze kennis ben ik enkele jaren geleden, tijdens een fietstocht met mijn vrouw van Zutphen naar Arnhem, op zoek gegaan naar het monument van Couperus in De Steeg, dat er ongetwijfeld zou moeten staan. Toen ik het eindelijk tot mijn grote opluchting gevonden dacht te hebben, bleek het Carmiggelt en zijn vrouw te zijn. Tot op heden ben ik daarover ontstemd. 

Enkele jaren later heb ik alsnog tussen de struiken van een voortuin een klein bordje gevonden dat zegt dat daar vroeger het huis van Couperus heeft gestaan. Ontroerend is wel dat het nieuwe huis ook de naam ‘t Sunneke heeft gekregen.

Fietsen door De Steeg, zonder herinnering aan Couperus, is kijken door de ogen van Cornélie, de vriendin van Duco: ‘Zij zag nooit de ruïnes verheerlijkt als hij het deed in zijn urenlang gedroom in Forum en op Palatijn. Een schilderij zag zij alleen maar met het oog van een leek’. (VW 16, p.51) 

Het dorp heeft dan geen karakter, geen ziel. De gemeente Rheden heb ik daarom dringend verzocht een monument van Louis Couperus te plaatsen. Verschillende medewerkers van de gemeente reageerden daarop enthousiast en adviseerden mij een officieel verzoek in te dienen bij het college van B&W van Rheden. Het college legde dit verzoek neer bij de Alliantie, de Rhedense Stichting die belast is met kunst en cultuur in de gemeente. Deze stichting adviseerde het college negatief. Als motivatie hiervoor gaven zij op: ‘het ad-hoc karakter van het initiatief en de precedentwerking die er van uit kan gaan ten opzichte van andere overleden of nog levende auteurs die ooit in de gemeente Rheden woonden of verbleven.’

Vanzelfsprekend ben ik het niet eens met zowel de uitkomst als met de motivatie. Ten eerste gaat het natuurlijk niet om het karakter van het initiatief, maar om de reputatie van Louis Couperus, die geen verdere toelichting behoeft, en om de reputatie van de gemeente Rheden als dorp van literaire betekenis. Dat laatste kan wel enige promotie gebruiken. Ten tweede ben ik zelf een groot voorstander van een precedentwerking. Graag zie ik dat er net zoveel beelden van literatoren in de gemeente komen als er kastelen staan. Verder verbaas ik mij erover dat Louis Couperus in één adem genoemd wordt met andere auteurs die in de gemeente zijn geweest. Kenners weten dat het hier gaat om één van Nederlands beste schrijvers ooit die in De Steeg gestorven is.

De Alliantie is wel bezig een schrijversroute uit te zetten langs alle literatoren die in de gemeente Rheden hebben gewoond en geleefd. Aan de Alliantie heb ik gevraagd welke speciale plaats Louis Couperus daarin kan krijgen, maar tot op heden heb ik hierover nog geen antwoord ontvangen. Mocht deze schrijversroute niet leiden tot een herkenbaar monument voor Louis Couperus in De Steeg, dan zal een eventueel op te richten stichting ‘Vrienden van Couperus in De Steeg’ dit mogelijk moeten kunnen maken. Als zijn vrienden het 100 jaar geleden voor elkaar kregen een huis te bouwen voor Couperus, dan moeten zij nu in staat zijn een monument voor hem op te richten.

Ik nodig u vriendelijk uit een keer een kijkje te nemen in De Steeg, als het monument er staat. U kunt er dan de sfeer beleven zoals Louis Couperus die beleefd moet hebben, honderd jaar geleden."


Louis Couperus (1863-1923)


zaterdag 21 januari 2012

Willy Alberti: 'Tenore Napolitano'

Op de radio hoor ik een stem die doe denken aan Willy Alberti, de volkszanger van lang geleden. Het is het genre smartlap, waar ik niet dol op ben maar ik zou me wel kunnen voorstellen dat het gemis van haar vader voor dochter Willeke verdrietig blijft. Ze vormden een aandoenlijk duo in haar meisjestijd.

Ik maakte als kind kennis met hem in zijn ‘Italiaanse periode’. De Tenore Napolitano zong liederen waar niks van te verstaan was, maar dat gaf niet. Het was op een prachtige zomeravond dat hij stilletjes op een boot aangevaren kwam, voluit een Italiaans lied ten gehore brengend. Het was nog voor de invoering van de zomertijd dus het was al donker en de man was nauwelijks te zien. De plaats was een spiegelende vijver in een park in Rijssen. Alberti stond voor op de boot. De galm in zijn stem herken ik uit duizend. Een onvergetelijk, romantisch gebeuren.

Lenie 't Hart (2)

De relatie van Lenie 't Hart met het circus blijkt al veel langer te bestaan, al minstens sinds 2007. Een  verslag ervan hier. Van een  incidentele uitglijer of vergissing is dus geen sprake. 
Ook in 2010 bezocht Lenie het wereldkerstcirus in Carré; het Parool publiceerde een grote kleurenfoto van haar met partner. Je vindt de foto hier.
En nu, in 2012, dus weer haar medewerking verleend aan de Vereniging van Nederlandse Circusondernemingen.

De conclusie moet wel zijn dat voor Lenie 't Hart circussen goed zijn en dierentuinen en dolfinaria fout...
Wie de logica ervan inziet, mag het zeggen.

Naar aanleiding van het eerste bezoek schreef een dierenvriend haar een brief (2008), hieronder bekort weergegeven. Er werd niet op gereageerd.

***
Geachte mevrouw ’t Hart,

Ik schrijf deze brief naar aanleiding van een artikel in de Privé waarin u reactie geeft op het circus Carré met wilde dieren.

Met grote belangstelling heb ik uw activiteiten vroeger gevolgd. Als kind was ik namelijk geobsedeerd door zeehonden. Ik verzamelde zeehondenspullen in allerlei soorten en maten. Van kleine beeldjes tot grote beeldjes, van zeepjes in zeehondenvorm tot aan flesopeners met een zeehondje erop. Alles wat er maar te bedenken was dat had ik ondertussen wel in mijn verzameling van zeehonden.
Op een dag in een koude winter was er sneeuw. Dit was geweldig, want hoewel we tegenwoordig weinig sneeuw hebben om van te genieten, was het voor mij toen erg leuk om de dag in door te brengen. Ik bedacht om een zeehond te maken van sneeuw. Toen het resultaat goed was geworden, maakte mijn moeder een foto van mij met de sneeuwzeehond.
Datzelfde jaar gingen we op vakantie in het noorden van het land. Ik wilde nog zo graag eens langs bij de zeehondencrèche in Pieterburen. Dat leek me als zeehondenliefhebber een geweldige dag. Mede door beelden uit Pieterburen en van uw werk was mijn dierenliefde - en daarmee mijn zeehondenliefde - alleen maar meer aangewakkerd. Toen ik met mijn ouders naar Pieterburen ging om daar te gaan kijken bij de crèche en de zeehonden heb ik me daar wekenlang op verheugd. Daar aangekomen was het een geweldige dag geworden. Ik had zelfs iets voor u meegebracht. U raadt het al. Een foto van mij met mijn sneeuwzeehond. Helaas was u deze dag er niet, maar ik kreeg wel een poster mee en later kreeg ik zelfs nog een kaartje van u, waar ik toen als kind dolblij mee was.
(...)
Maar helaas… er kwam een harde deuk in mijn mening over u toen ik het blad Privé opende en daar tot mijn schrik las dat u bij een circus met dieren op bezoek bent geweest. Er stond in de Privé: “Lenie ’t Hart kwam er helemaal voor uit Pieterburen en kreeg in hartje Amsterdam… opnieuw zeehonden gepresenteerd! De vrouw die wereldberoemd werd met haar zeehondencrèche, was eregaste op de première van het traditionele Kerstcircus in Koninklijk Theater Carré.”

Ik was diep geschokt hierdoor. Hieronder zal ik u vertellen waarom.

Sinds 2005 is er een verbod gekomen in Oostenrijk. Dat is gebeurd naar aanleiding van een rapport van experts op gebied van wilde dieren. In dit rapport van de ‘‘Wiener Umwelt Anwaltschaft” genaamd: ‘Guidelines for the keeping of wild animals in circuses’ staat in de inleiding direct en duidelijk: 

“It is the general objective for the future to permit the keeping of animal species in circuses only if these animals can enjoy a lifestyle corresponding to their species, subspecies and behaviour characteristics. 
It is principally impossible to keep wild animals in circuses in a manner fully corresponding to the needs of the individual species.”

De experts van dit rapport concluderen ook overduidelijk dat zeeleeuwen niet geschikt zijn in het circus vanwege:
  • Hun biologische karakteristieken
  • Hun hoogontwikkeld sociaal gedrag
  • Het ongeschikt zijn voor regelmatig en constant transport
  • De ruimte die ze nodig hebben
Kortom geven deze experts aan dat deze dieren gewoon niet thuis horen in een circus. Ook niet in het circus van Carré.
U als vechter voor de zeehonden op de wadden en op andere plekken in de wereld weet als geen ander dat de belangen van dieren soms (bijna altijd) ondergeschikt worden gemaakt aan menselijke (vooral economische) belangen. Dieren delven het onderspit. U zou als geen ander moeten weten dat het ook bij een circus ook weer puur gaat om belangen die de mens dienen. Dieren worden gebruikt om te dienen als vermaak, terwijl er geen rekening wordt gehouden met de dieren zelf.

U heeft genoeg kennis over dieren. Het circus zal echter niet verder gaan dan een hapje, drankje en een dak boven het hoofd van de dieren en ze noemen het ‘genoeg’ voor de dieren. U als ‘expert’ zou daarom moeten weten dat dieren meer nodig hebben dan dat. Elk dier heeft soorteigen gedrag wat die moet kunnen uiten en heeft ook gewoon bepaalde ruimte nodig om zich goed te voelen.

Zoals de dierenexperts in Oostenrijk al concludeerden kunnen circussen nooit voldoen aan de eigenschappen, het soorteigen gedrag, van de dieren. Ook kunnen ze niet de ruimte bieden voor de dieren om zich goed te uiten. De dieren ondervinden stress door die beperkende factoren en je ziet daarom ook veel dieren in het circus stereotype gedrag ontwikkelen. Sociaal en geestelijk afwijkend gedrag wat kenmerkend is door de herhaling ervan.

Ik hoop dat u achteraf inziet dat het besluit van u om naar het circus Carré te gaan niet goed is geweest, omdat de dieren daar gewoon niet thuis horen. Ook hoop ik dat u nu een statement wilt maken dat u tegen het gebruik van dieren bent in het circus.

Als u verdere informatie wilt, kunt u onze website bezoeken: www.circusleed.nl
Ik hoop spoedig een reactie van u op mijn schrijven te mogen ontvangen.

Lenie 't Hart (1)


Robert Ronday (Circus Herman Renz), Martin Hanson, Dion Graus, Lenie 't Hart
In 2004 verscheen Lenie ’t Hart op de tv om het beleid van haar zeehondencrèche te verdedigen tegen biologen die de opvang overbodig vinden. De aanleiding was de opvang van de zeehond Hannes die uit de Duitse dierentuin in Nordhorn ontsnapt was. Nordhorn wilde het dier terughebben maar daar Lenie werkte daar niet aan mee.

In 2010 stond ze aan de goede kant van de dieren in de Oostvaardersplassen. Die dieren moesten geholpen worden, vond ze.

In 2011 steunde Lenie de actie voor de vrijlating van de orka Morgan. Logisch. De videoreportage hier.

[Is dat het Dolfinarium in Harderwijk misschien ontgaan? Onlangs reageerde dat op de aanvraag uit Pieterburen met het sturen van een grote hoeveelheid vis, en een verzorger, om de zeehonden in de crèche te voeden. Er is daar op dit moment een recordaantal van 365 dieren in de opvang.]

In 2010 kwam de geplande uitbreiding van de zeehondenopvang in gevaar toen de toegezegde sponsoring van 3,2 miljoen euro teruggetrokken werd. Je kunt niet zeggen dat Lenie in die affaire wijs gehandeld heeft.

2012: het laatste nieuws.
Lenie ’t Hart in de circuspiste! Zij reikte bij het circus Hanson in Uden een oorkonde uit aan Dion Graus, uit naam van de Vereniging van Ned. Circusondernemingen 

Van Graus kun je alles verwachten; die weet van voren niet of hij van achteren leeft. Een ongeleid projectiel – ook niet eerder met dieren geassocieerd. Hij voegt zich nu in het illustere rijtje van dierenhaters als: 
  • Jet Bakels
  • Ineke Strouken
  • Henk van der Meijden 
Maar ook Lenie ’t Hart lijkt de laatste jaren helaas het spoor bijster. Je kunt je dan ook afvragen waar de zeehonden vandaan komen die in sommige circussen te zien zijn. Uit het wild, uit Pieterburen, Harderwijk?

vrijdag 20 januari 2012

Hein Jens (Carré): laatste leugens


Hein Jens (foto) heeft afscheid genomen als directeur van Carré. Hij laat een testament na, hieronder. Het is te onnozel voor woorden. Daarom vermeld ik hierbij alleen delen uit het commentaar van 'Wilde dieren de tent uit' op het vernietigende Wageningse rapport over circussen uit 2008, - dat de politiek wenst te negeren.

Zelfs de Raad voor Dieraangelegenheden was al negatief over de door Jens hieronder genoemde eigen richtlijnen 'Welzijn circusdieren' van de organisatie van circusondernemingen VNCO (opgesteld met overheidssubsidie).

Waarom schrijft zo'n man simpelweg niet - als hij toch wat wil schrijven - dat het zijn taak was Carré te verhuren aan wie dan ook? En dat Carré dat kerstcircus heel goed kan gebruiken? Waarom moet hij daar - "koninklijk" - over liegen? 

***
Hein Jens over Wilde dieren in het Circus

De mens heeft al sinds de prehistorie dieren in zijn leefomgeving gehad. Voor onze jaartelling werd er ook al opgetreden met gedresseerde dieren. Het meest bekend is het gebruik van leeuwen en andere dieren door de Romeinen. In de Middeleeuwen was het optreden van dansende beren populair. Rond 1780 ontstaat het circus zoals wij dat nog steeds kennen door samenvoeging van bestaande theatervormen en reizende dierentuinen. In de eerste circussen traden voornamelijk paarden op in de piste. Er waren wel degelijk wilde dieren, meestal leeuwen, aanwezig bij het circus. Die reisden mee in de reizende dierentuin. ’s Avonds was er een circusvoorstelling en overdag kon het publiek tegen betaling de dierentuin bezoeken. Om de wildheid van leeuwen te tonen gingen de eerste ‘leeuwentemmers’ de kleine kooi binnen. Door de kleine ruimte had de leeuw geen andere keus dan te reageren met agressie. De ‘leeuwentemmer’ moest maar zien hoe hij levend uit de kooi kon komen. Hij gebruikte allerlei wapens om zich te verdedigen: stokken, gloeiende staven, een stoel, een geladen pistool. Niet diervriendelijk! Vaak liet de leeuwentemmer het leven. De grote verliezer was altijd het dier dat zwaar getraumatiseerd in de kooi achterbleef.

Kentering in dierenwelzijn circus
Het eerste optreden met wilde dieren was uiterst dieronvriendelijk. Daar kwam verandering in tussen 1880 en 1900. Toen was het de Duitser Carl Hagenbeck die begon met nieuwe dressuurmethoden. Hij introduceerde de grote kooi. Daarin heeft het dier alle ruimte. De mens kan op afstand blijven, zodat het dier niet meer met agressie reageert. Ook liet hij het dier alleen maar dingen doen die het dier al uit zichzelf deed. De ontwikkeling van betere, diervriendelijke dressuurmethoden is door anderen voortgezet. Dwang en het inboezemen van angst bij het dier hebben plaatsgemaakt voor het opbouwen van een vertrouwensband tussen mens en dier en het belonen van het gedrag waardoor dit gedrag binnen bepaalde grenzen te sturen is.
Rond 1880 is er begonnen met de afbouw van wildvang. Tot die tijd werden er wilde dieren vanuit hun natuurlijke habitat naar Europa vervoerd. Sinds 1969 is het uit de wildernis halen van dieren (t.b.v. dierentuin of circus) in Europa definitief verboden. Er is rond 1880 ook gestart met fokprogramma’s met wilde dieren die reeds in het circus zaten. Inmiddels hebben we te maken met 6e of 7e generatie dieren die in‘gevangenschap’ zijn geboren. Echt ‘wild’ zijn de dieren dus al lang niet meer. De circusdieren zijn ‘geboren tussen’ de mensen. Niet alleen op het gebied van dressuurmethoden is er veel veranderd in het circus sinds1900. Het dierenwelzijn staat hoog in het vaandel bij de meeste circusondernemers. Daarvalt ook huisvesting onder. Beschutting, graasmogelijkheden, beweging en goede verzorging. Zo werkt de circusbranche in heel Europa samen aan het opstellen van een  uitgebreide set regels en voorschriften betreffende het houden van dieren. Met de nu geldende Richtlijnen Welzijn Circusdieren worden indirect ook eisen gesteld aan de evenemententerreinen zoals die door gemeenten en particulieren beschikbaar worden gesteld. In de Richtlijnen Welzijn Circusdieren worden eisen gesteld voor de afmeting en ondergrond van dierverblijven. De Richtlijnen vormen ook een instrument om te toetsen of het circus voldoet aan de regels.

Wilde dieren in het Wereldkerstcircus
Carré vindt dierenwelzijn belangrijk. We werken dan ook alleen met artiesten die zich volledig houden aan alle Nederlandse en Europese wetten met betrekking tot dierenwelzijn. Er is geen vergunning nodig voor het optreden van circussen in Carré.Vanzelfsprekend houdt Carré zich aan de Europese richtlijnen m.b.t. vervoer, rusttijden en accommodatie. Daarnaast staan de dieren i.s.m. specialisten van Artis onder medisch toezicht. Carré is aangesloten bij de ECA (European Circus Association). Dit is een samenwerkingsverband tussen Europese circussen die pleit voor goede inspectie en naleving van Europese wetten m.b.t circus en dierenwelzijn.De dieren worden absoluut niet mishandeld. De dompteurs behandelen de dieren als hun eigen kinderen. De dierenarts komt elke week langs. Zoals de dompteurs van de leeuwen in Het Wereldkerstcircus zeggen: “ongezonde of bange dieren zijn gevaarlijk. We moeten ervoor zorgen dat ze gezond en ontspannen zijn. Je moet hun respect en vriendschap proberen te winnen”. De dompteurs verdienen hun brood met de dierennummers in het circus; ze gebruiken al hun tijd en geld om ervoor te zorgen dat de dieren een leuk, uitdagend en gezond leven hebben. De dompteurs van de wilde dieren gebruiken helemaal geen kleine kooien. Zoals de broers Martin en Alex Lacey: zij hebben een grote buitenkooi van 10 bij 18 meter, waarin de dieren vrijuit kunnen leven. De dieren in het circus hebben een actief leven. Ze rennen, springen in de piste tijdens voorstellingen en trainingen.
Leeuwen in het wild worden meestal zo’n dertien tot zestien jaar oud. In circussen leven ze langer, soms wel tot vijfentwintig jaar. Dat komt omdat ze altijd goed te eten krijgen en goed verzorgd worden. Oude dieren die niet meer kunnen optreden komen terecht ineen dierentuin. Daar is echter niet altijd plaats. Derhalve heeft de dompteur Alex Lacey alvast een stuk land in Frankrijk gekocht, waar de oude leeuwen rustig kunnen rondlopen.

Dierenmishandeling als belangrijkste argument
Het allerbelangrijkste kenmerk van dierenrechtenorganisaties binnen het kader van de discussie over wilde dieren in het circus is dat ze de boodschap uitdragen dat de dressuurmethoden zijn gebaseerd op angst en dwang en dat het circus geen welzijn kan bieden aan dieren. Het argument ‘wilde dieren in het circus = dierenmishandeling’ is vanaf het ontstaan van het circus in 1780 steeds aangevoerd. Ook rond 1920 toen aanhangers van het ‘Jack London Verbond’ gemeentebesturen verzochten om geen vergunningen aan circussen te verlenen vanwege dierenmishandeling. Als rond 2005 op basis van uitgebreid onderzoek duidelijk wordt dat dierenmishandeling in Europa niet in circussen voorkomt, wordt door dierenrechtenorganisaties de term ‘dierenwelzijn’ geïntroduceerd. Hiermee willen zij aangeven dat het welzijn van dieren bij circussen in het geding zou zijn en er dus tóch sprake is van dierenmishandeling. Op dit moment beroepen dierenrechtenorganisaties zich op ethische bezwaren.

Afsluitend een conclusie uit het Engelse rapport van DEFRA (Department forEnvironment, Food and Rural Affairs, oktober 2007): “Er is geen enkele reden om op grond van dierenwelzijn een verbod in te stellen op bepaalde (niet gedomesticeerde) diersoorten in circussen. Er zijn geen (wetenschappelijke) aanwijzingen dat dieren in circussen in hun welzijn worden aangetast. De keuze voor een verbod is louter een politieke keuze die wordt ingegeven door een politieke overtuiging of levensovertuiging.”

Als reactie op de rapporten ‘De intrinsieke waarde van dieren in performancepraktijken’(prof. dr. F.W.J. Keulartz, Wageningen Universiteit en Researchcenter (WUR) en dr. Jac.A.A. Swart, Rijksuniversiteit Groningen (RUG)) en ‘Welzijn van dieren in reizende circussen in Nederland’ (dr. ing. H. Hopster, Animal Science Group van de Wageningen Universiteit en Researchcenter (WUR)) schrijft de toenmalige Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, mevrouw G. Verburg, op 27 juli 2009 het volgende: “Alles tegen elkaar afwegende wil ik dieren, in principe ook wilde dieren, toestaan in circussen, mits het welzijn van de (wilde) dieren voldoende gewaarborgd wordt”.

Directie van Koninklijk Theater Carré
Amsterdam, 20 december 2011

***

ALGEMENE REACTIE van 'WILDE DIEREN DE TENT UIT'
'Wilde Dieren de Tent Uit' is geschrokken door de uitkomsten van het onderzoek. Niet alleen zijn de bevindingen van de onderzoekers in lijn met wat wij zelf de afgelopen jaren hebben waargenomen bij circussen, in veel gevallen was het zelfs beduidend erger. Wilde Dieren de Tent Uit ziet in het onderzoek dan ook opnieuw een bevestiging dat circussen niet in staat zijn het welzijn van wilde dieren te waarborgen. Ondanks de gebrekkige medewerking van de circussen en de zeer moeilijke onderzoeksomstandigheden heeft het onderzoek een scala aan misstanden naar boven gebracht.
Bovendien blijken de circussen zich niet aan de huidige wetgeving te houden. Wij handhaven daarom ons pleidooi dat het gebruik van wilde dieren niet meer van deze tijd is en wettelijk verboden moet worden. Extra onderzoek achten wij niet noodzakelijk. De beschikbare gegevens spreken voor zich.

BEPERKINGEN ONDERZOEK
Belangrijke beperking in het onderzoek is dat niet alle aspecten van het leven van dieren in circussen konden worden onderzocht. Zo bleek het niet mogelijk om inzicht te krijgen in de levensloop van dieren in circussen (waar komen ze vandaan en waar blijven ze na hun 'carrière') en de selectieprocedure (wat gebeurt er met dieren die ongeschikt worden geacht). Ook bleek het niet mogelijk om overwinteringsverblijven, reizende circussen in de winter, trainingen en de wijze van opvoeding door mensen te onderzoeken. Hierdoor zijn een aantal belangrijke en zorgwekkende onderdelen uit het leven van dieren die in circussen worden gebruikt buiten beschouwing gebleven.

WETGEVING OVERTREDEN
Hoewel er geen specifieke wetgeving voor het houden van dieren in circussen bestaat, toont het rapport aan dat de onderzochte circussen zich niet aan de algemene wetgeving houden. Bijna de helft van de paarden bleek niet gechipt te zijn, zoals verplicht is gesteld sinds 1 januari 2006. Enkele circussen beschikten niet over de wettelijk verplichte CITES papieren voor al hun dieren. Voor andere dieren kon niet in alle gevallen worden vastgesteld of de circussen wel over de juiste CITES papieren beschikten. De herkomst van een aantal dieren bleef onbekend.
Bij de vraag of de stalapotheek getoond kon worden, werd dit in een aantal gevallen geweigerd. Er werd toegegeven een aantal verboden middelen in bezit te hebben (onbekend welke).Naast bovenvermelde wetsovertredingen bleek ook de rest van de dierenadministratie van de meeste circussen en verantwoordelijken "onder de maat of afwezig".

ONDERZOEKERS GEWEIGERD BIJ TRAININGEN
De veelal gevoerde argumenten van circussen dat trainingen zonder geweld worden uitgevoerd, kon niet worden gestaafd omdat de onderzoekers in alle gevallen geweigerd werden bij de trainingen. De onderzoekers hebben dus geen trainingen kunnen waarnemen. De trainingen vinden voornamelijk plaats in de winterrustperiode. Twee diersoorten werden getraind in het buitenland, één circus was tijdens de winterstop onvindbaar. Tijdens voorstellingen werden dwangmiddelen waargenomen zoals een zweep bij de tijgers en leeuwen, een olifantenhaak bij de olifanten en een zweep bij de olifanten, welke, volgens de onderzoekers, enkele keren op ruwe wijze werden gebruikt. De olifantenhaak wordt bij een circus permanent, dus ook buiten de piste, door de dompteur gebruikt.
De onderzoekers konden uit de waargenomen angst van de dieren tijdens de voorstelling concluderen dat training op basis van dominantie gebeurt.

DIERVERZORGEND PERSONEEL IN CIRCUSSEN ONPROFESSIONEEL
Het onderzoek laat zien dat géén van de dierverzorgers of trainers een (dier)gerelateerde opleidingheeft gevolgd. Uit de omgang met de dieren bleek volgens de onderzoekers dat de verzorgers niet altijd beschikken over zelfs maar basiskennis van de omgang met het dier. Eveneens concludeert het rapport: "Verantwoordelijken komen kennis tekort ten aanzien van preventieve gezondheidszorg als vaccinaties, voet- en gebitsverzorging, ontwormen en contraceptie, ten aanzien van adequate,gebalanceerde voeding en ten aanzien van het herkennen van gedrags- en gezondheidsproblemen."
De voedingstoestand van de olifanten, tijgers en leeuwen bleek als gevolg in 66% van de gevallenondermaats.

GEZONDHEID DIEREN
Een schokkende 71% van de geobserveerde dieren in circussen in Nederland vertoont klinische afwijkingen, zo blijkt uit het onderzoek. Deze variëren van een verlamming bij een leeuw, acute dermatitis bij paarden, een leeuw met kattenaids en vermoedelijke TBC besmetting bij een olifant.

NAUWELIJKS STIMULATIE VOOR DIEREN
Circussen stellen dat zij terecht niet aan de dierentuinrichtlijnen hoeven te voldoen. Zij baseren dat hoofdzakelijk op het argument dat dieren in circussen dagelijks veel stimulatie krijgen in de vorm van voorstellingen en trainingen en contact met de verzorgers en dompteurs. "Wij zijn 24 uur per dag met de dieren bezig" is een veel gehoorde uitspraak van het circus. Dit rapport laat zien hoe anders de werkelijkheid is. Optredens duren "niet langer dan 5 tot 10 minuten per individu". Verder concludeert het rapport "Buiten de voorstellingen wordt nauwelijks getraind." Uit het onderzoek blijkt dat er slechts 2 repetitiedagen in totaal waren voor alle 6 circussen, gedurende het gehele jaar in 2008.

LANGE TRANSPORTTIJDEN
Onderzoekers stelden vast dat circussen gemiddeld 1-2 keer per week naar een nieuwe locatie ‘verhuizen’. De tijdsduur tussen de drinkbeurten van de dieren tijdens transport loopt op tot meer dan 22 uur (olifanten). Het percentage tijd van daadwerkelijk rijden ten opzichte van de tijd waarin de dieren werden opgesloten in de transportwagen is gemiddeld 16%. De dieren worden dus zeer veel tijd opgesloten in de transportwagens.

VEILIGHEID
Volgens de onderzoekers is het risico op overdraagbare dierziekten op mensen en uitbraken waarbij het publiek is betrokken onverantwoord. “Veiligheidsaspecten blijven twijfelachtig. Zoals het houden van olifanten achter een elektrisch geladen weidedraad bergt risico’s in momenten van paniek.
Vrijlopende olifanten tijdens een “parade” lijken een niet te onderschatten risico (veiligheid en zoönosen) voor de omstanders.” En “de genomen veiligheidsmaatregelen bij de tijgers zijn discutabel. De buitenkooi van de dieren is niet voorzien van schrikdraad terwijl van tijgers bekend is dat ze uitstand 4 m hoog kunnen springen.” Ook wordt bij de roofdieren de piste niet afgesloten met een net. Uit onderzoek blijkt dat olifanten en tijgers de grootste veroorzakers van dodelijke beroepsongevallen zijn in circussen en dierentuinen in de Verenigde Staten. Het is een wonder dat er nog geen ernstige ongelukken in circussen zijn gebeurd in Nederland. Iedere dierentuin in Nederland zou direct gesloten worden als het zo zou omgaan met veiligheid en zoönosenpreventie.

LEEUWEN: BEVINDINGEN EN CONCLUSIES ONDERZOEKERS
De conclusies van de onderzoekers zijn dat het welzijn van leeuwen (7 leeuwen onderzocht in 2circussen) in één circus “in geringe mate is aangetast”, en in één circus “in ernstige mate” is aangetast.
In actieve toestand besteden de leeuwen gemiddeld 39 % van de tijd aan 'ijsberen', een vorm van stressgerelateerd gedrag.
De transporttijden van de leeuwen lopen op tot meer dan 13 uur, waarvan slechts 18% daadwerkelijk wordt gereden. De aanwezigheid van drinkwater tijdens het transport is onduidelijk.
De leeuwen zitten gemiddeld 99-100% in een transportwagen. Één circus houdt de dieren voortdurend opgesloten in transportwagens, in het andere circus zitten de dieren gemiddeld 0,6 %tijdens de rust (dus buiten voorstelling en transport) in het buitenverblijf.
Bij circus Benelux hadden de 2 leeuwen volgens de onderzoekers “nooit toegang tot een buitenkooien kregen zij ver ondermaatse voeding.” De normaal sociale dieren werden afzonderlijk in kooiengehouden. Een leeuw werd tijdens het onderzoek, na een jarenlange lijdensweg en na lang aandringen van de onderzoekers, om welzijnsredenen (verlamming) geëuthanaseerd.
Circus Herman Renz heeft jonge leeuwen die worden opgevoed zonder bijkomst van ouders/volwassen leeuwen. In de natuur worden de welpen echter in familieverband grootgebracht.
Verder zegt het onderzoek dat “het water van de grote katachtigen (en olifanten) constant beperkt is.”

REACTIE WILDE DIEREN DE TENT UIT
De gezondheid en het welzijn van de leeuwen in beide onderzochte circussen is verlaagd. De toestand van de leeuwen bij circus Benelux is zelfs zeer schokkend te noemen. Dit geeft niet alleen aan dat het zelfregulerend vermogen van de circussen zeer laag is. Het geeft eveneens aan dat het controle- en handhavingsapparaat van de autoriteiten faalt. Dat dit heeft kunnen gebeuren is zowel de circusbranche als de autoriteiten kwalijk te nemen.
Wederom werd geconstateerd dat circus Herman Renz de richtlijnen van haar eigen brancheorganisatie (VNCO) negeert. De richtlijnen geven aan dat de minimale oppervlakte van de binnenverblijven per leeuw 12 m2 moet zijn, echter de oppervlakte van de leeuwenverblijven bij Circus Herman Renz is slechts 3,75 m2 per leeuw.
Ondanks dat leeuwen in de wilde natuur grote delen van de dag rustend doorbrengen is hun gedragspatroon tijdens de actieve periode zeer uitgebreid en complex. En dan blijkt dat de wereld van het circus en de natuurlijke wereld van leeuwen enorm uiteen liggen. In actieve toestand vertoonden de onderzochte leeuwen 39% stereotiep gedrag (zoals ijsberen). Aan stereotiep gedrag ligt altijd een frustratie ten grondslag, of ligt daar nog steeds. 

woensdag 18 januari 2012

Jaarwisseling

Joesoef is een Berber, die hier al vele jaren woont maar nog jaarlijks vakantie houdt bij de familie in het noorden van Marokko. Ik vroeg hem of hij op Oudejaarsavond om 12 uur nog naar huis gebeld had, om ze daar Gelukkig Nieuwjaar te wensen. 

Dat leidde tot misverstand. Het antwoord was namelijk ja en nee...

De zaak is dat Oud en Nieuw in Marokko op 15 november viel. TOEN had hij dus wel naar huis gebeld, maar op 31 december niet!

dinsdag 17 januari 2012

Charleville-Mézieres

Charleville-Mézières ligt in Noord-Frankrijk, niet ver van de Belgische Ardennen.
De Place Ducale in het centrum vertoont gelijkenissen met de Place des Vosges in Parijs. Het is omringd door 17e-eeuwse paviljoens met een arcadengalerij. 

De dichter Arthur Rimbaud werd in deze stad aan de Maas geboren - en begraven.

maandag 16 januari 2012

Kerk of paleis?

Kerk in Bailleul (Noord-Frankrijk)

De architect van het Vredespaleis, de Fransman Louis Cordonnier, had m.i. niet zo'n goed idee van 'paleis'. Hij was beter in utiliteitsbouw waartoe kerken behoren. Beide afgebeelde gebouwen hierboven zijn door hem ontworpen. Kenmerkend voor een kerk is een toren. Met luidklok. Die horen niet bij een paleis, in de gebruikelijke betekenis. Het Vredespaleis heeft alleen een carillon. 

Pas als je de totale plattegrond onder ogen krijgt, begint door te dringen dat het gebouw in z'n geheel inderdaad paleisachtige allure heeft. Hoeveel Hagenaars (en anderen) zullen dat hebben gezien?!

De voorzijde van het gebouw bevindt zich aan de noordkant, hierboven rechts.
'Paleis' is overigens mettertijd ook gaan betekenen: 'aanzenlijk gebouw met publieke bestemming'. Voorbeelden: Paleis voor Schone Kunsten, Paleis voor Volksvlijt, Paleis van Justitie en dus: Vredespaleis.

De Tuinen: hoe vind je het?


Omdat ik vegetarische multivitaminen nodig had, stapte ik De Tuinen binnen en liep langs de rekken met honderden potjes, flesjes en doosjes. Ik kan daar nooit iets vinden dus schoot ik een verkoopster aan. Zij had het gezochte snel gevonden. Ik vroeg haar naar de indeling: waarop is die gebaseerd?
Het blijkt dat de rekken langs de wand – kolommen van de grond tot bijna aan het plafond – ingedeeld zijn volgens medische criteria. Er is een kolom gewrichten; hart en vaten; huid, en degelijke meer.
Ik vroeg waarom dit niet bovenaan de kolom vermeld stond. Dat zou het zoeken voor de klant allicht wat gemakkelijker maken. Zij wist het niet zeker, maar ze dacht dat het van overheidswege niet mag.

Lotsbestemming

Amsterdam-Zuid.
Ik sla een stille straat in.
Aan de overkant, op het trottoir loopt een man, helemaal in het zwart gekleed.
Hoge hoed, zwarte jas, zwarte broek. Zwarte bril, zwarte baard.
Hij kijkt niet op of om.
Hij is joods.
Zijn uitstraling geeft dat ook weer.
Welke rampspoed de joden in alle eeuwen ook getroffen mag hebben, - ik ben jood en ik blijf jood.

Pincode

Natuurlijk ken ik mijn pincode. D.w.z. de vier cijfers. Maar wat me wel eens overkomt is dat ik de juiste volgorde kwijt ben. Op zo'n moment lijkt iedere volgorde even acceptabel. Maar de automaat is onverbiddelijk: na drie fouten is het uit met de pret. Na twee vergeefse pogingen houd ik er dan ook maar mee op. Ik ben niet graag mijn pas een week of zo kwijt.