Met operatieschort |
De gepensioneerde Britse neurochirurg Henry Marsh schreef twee
recent gepubliceerde, fraaie boeken over leven en werk. De teksten zijn zo
boeiend omdat ze goed geschreven (en vertaald) zijn, maar ook omdat ze zo’n
groot gebied omvatten. Allereerst natuurlijk de praktijk van de hersenchirurgie,
en ’s mans loopbaan daarin. Met uitstapjes naar Oekraïene en Nepal, waar Marsh door
hem in Londen opgeleide specialisten af en toe assisteert. Het zijn soms heel
verdrietige en schokkende verhalen, die ook de beperkingen van de geneeskunde,
zelfs van de chirurgie, op allerlei manieren aan het licht brengen. Maar Marsh weet het min of meer luchtig te houden door zijn
heel persoonlijke verhaal, waarbij het hem aan zelfkritiek niet ontbreekt.
Het gaat ook over de eigen fysieke tegenslagen, zoals een oogoperatie. Een beenbreuk na een val van een eigen gemaakte trap in zijn huis. Nog meer ellende: echtscheiding na een lang huwelijk. Conflicten met het management van zijn ziekenhuis. Hij wordt wel eens aangeklaagd door familie van patiënten na een mislukte operatie.
Aan gevoel voor humor ontbreekt het hem gelukkig niet. Vrij geestig is zijn passie voor het zelf maken van dingen, dat zover gaat dat hij een vervallen sluiswachtershuisje koopt om het zelf op te knappen voor bewoning. Door vandalen wordt zijn renovatiewerk dan weer deels teniet gedaan.
Last not least allerlei levens- en andere wijsheden. Teveel om op te noemen. Artsen houden niet van angstige patiënten omdat angst aanstekelijk werkt. Van geest, bewustzijn, denken, begrijpt Marsh net zo weinig als jij en ik. ('Elektrochemie')
Wat is doodsangst anders of meer dan de angst voor het niets? Hij is niet gelovig. Waar hij wel voor beducht is, is het levenseinde zelf, de laatste fase. Hij is groot voorstander van gelegitimeerde euthanasie.
Het gaat ook over de eigen fysieke tegenslagen, zoals een oogoperatie. Een beenbreuk na een val van een eigen gemaakte trap in zijn huis. Nog meer ellende: echtscheiding na een lang huwelijk. Conflicten met het management van zijn ziekenhuis. Hij wordt wel eens aangeklaagd door familie van patiënten na een mislukte operatie.
Aan gevoel voor humor ontbreekt het hem gelukkig niet. Vrij geestig is zijn passie voor het zelf maken van dingen, dat zover gaat dat hij een vervallen sluiswachtershuisje koopt om het zelf op te knappen voor bewoning. Door vandalen wordt zijn renovatiewerk dan weer deels teniet gedaan.
Last not least allerlei levens- en andere wijsheden. Teveel om op te noemen. Artsen houden niet van angstige patiënten omdat angst aanstekelijk werkt. Van geest, bewustzijn, denken, begrijpt Marsh net zo weinig als jij en ik. ('Elektrochemie')
Wat is doodsangst anders of meer dan de angst voor het niets? Hij is niet gelovig. Waar hij wel voor beducht is, is het levenseinde zelf, de laatste fase. Hij is groot voorstander van gelegitimeerde euthanasie.
Henry Marsh, Allereerst niet schaden
Idem, Bekentenissen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten