woensdag 30 januari 2013

Seniorenbal: Bummel Petrus



Max Werner-Kersten (* 19. Jahrhundert ; † 1948) war ein deutscher Komponist. Er komponierte den bekannten Schlager Bummel-Petrus, der 1920 veröffentlicht wurde. Um 1920 waren weder Schallplatte noch Radio verbreitet, Erfolge im Schlagerbereich waren nur über die Veröffentlichung von Notenblättern und die Aufnahme ins Repertoire von Tanzkapellen zu erreichen.

Die Melodie des Bummel-Petrus war unter dem Namen Mühlenpolka schon von acht Verlegern abgelehnt worden, als der Schlagertexter Hermann Frey den Text dazu schrieb.

Als Bummel-Petrus mit dem Refrain:

Petrus schließt den Himmel zu,
Alle Englein geh'n zur Ruh.
Nur der schlaue Petrus wacht,
Weil der alte Bengel heut mit einem Engel
einen kleinen Bummel macht.

wurde das Stück ein großer Erfolg. Dansante uitvoering hier.

dinsdag 29 januari 2013

Piloot valt in slaap




Een piloot van Transavia is vorig jaar september tijdens een vlucht naar Kreta in slaap gevallen. Dat blijkt uit een kwartaalverslag van de Onderzoeksraad voor Veiligheid.

De luchtvaartmaatschappij stelt een onderzoek in naar het voorval dat door de onderzoeksraad als ernstig wordt bestempeld. Transavia heeft geen maatregelen genomen tegen de slapende co-piloot.
De gezagvoerder van de Boeing 737 ging 2,5 uur na de start naar de wc. Toen hij de cockpit weer wilde binnengaan, kwam er geen reactie.

"De gezagvoerder informeerde vervolgens de cabinebemanning. Toen het de gezagvoerder lukte om toegang tot de cockpit te krijgen, trof hij de eerste officier slapend aan," schrijft de Onderzoeksraad voor Veiligheid. Het toestel vloog op de automatische piloot waardoor de reizigers voor zover bekend niet in gevaar zijn geweest.

In oktober vorig jaar waarschuwde de pilotenbond VNV dat piloten vaak te maken hebben met vermoeidheid. Uit eigen onderzoek bleek dat Nederlandse piloten in een halfjaar tijd 45 keer betrokken waren bij allerlei incidenten. In de helft van die gevallen speelde vermoeidheid een rol.

maandag 28 januari 2013

Kiezen op z'n Amerikaans



Een van de aardigste columns is die van de ‘wiskundemeisjes’, iedere zaterdag in de Volkskrant. ‘Meisjes’ dient ruim genomen te worden, de dames zijn dertigers. Ze geven leuke alledaagse toepassingen van, laten we zeggen, exact denken. Je volgt ze hier

Deze keer gaat het over het kiesstelsel, waar de Amerikanen allesbehalve trots op mogen zijn.
Je zou de geschiedenis moeten kennen om te begrijpen waar dat gekke idee van de ‘kiesmannen’ zijn oorsprong vindt. Totaal 538.

In ieder geval begrijpt ook Ionica niet waarom in de Verenigde Staten niet de meeste stemmen gelden.

Hoe idioot het Amerikaanse systeem is, toont ze aan met het feit dat George Bush in 2000 minder stemmen haalde dan Al Gore, - en desondanks president werd!

zondag 27 januari 2013

Lintje voor Levelt!


Dit is Pim Levelt (Amsterdam 1938).
Hij is een Nederlandse psycholinguïst en promoveerde in 1965 aan de Rijksuniversiteit Leiden op het proefschrift On binocular rivalry.
Van 1980 tot medio 2006 was hij hoogleraar in de psycholinguïstiek aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Voorts is hij medeoprichter van het Max Planck Instituut voor Psycholinguïstiek aldaar

Op 2 juni 2006 nam Levelt afscheid als directeur van dit instituut en als hoogleraar. Hij was van 2002 tot 2005 de president van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen.

Binnen de psycholinguïstiek is Levelt vooral bekend om zijn model voor spraakproductie. 

***
Deze informatie levert wikipedia. 
Je kunt je wel voorstellen dat Levelt hier niet heel blij mee is. Want wat heeft hij nu helemaal gepresteerd? Hoogleraar, directeur, president - is dat alles wat er is?

Gelukkig is er nog wel IEMAND die om hem geeft. De affectie is in geld uit te drukken, t.w. 240 euro. Dat is de namelijk prijs van de onderscheiding die voor hem aangevraagd is en die hij hierboven draagt: Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Een gegeven paard mag je niet in de bek kijken. Want anders zou je je kunnen afvragen waarom hij afgescheept is met (slechts) de derde graad van de Orde van de Nederlandse Leeuw. 

Hoe dan ook, met een lintje hoort hij erbij. Levelt IS  IEMAND.

***
Het is op de foto niet goed te zien maar het lintje lijkt op een nieuw model, met een kroontje in het midden. Ik zie het tegenwoordig vaker maar kan het niet terugvinden op de website van de onderscheidingen hier

Ik weet het niet zeker maar het zou me niet verbazen als Levelt wel degelijk een kroon op het hoofd draagt. Misschien niet meteen buitenshuis, maar dan toch wel als hij bezoek krijgt. Of op zondag. Ook als psycholoog moet je je gevoel van eigenwaarde toch ergens aan ontlenen.

zaterdag 26 januari 2013

OOK een lesje voor de Partij voor de Dieren!

GroenLinks heeft maar een kleine vaste kern van kiezers en moet de rest er elke keer bijwinnen. Dat is deze keer niet gelukt: de kiezer was niet bereid zijn stem te geven aan een partij die haar eigen zaken niet op orde had.
Door de aanhoudende berichtgeving over conflicten binnen de fractie en de partij had de kiezer nog maar weinig vertrouwen in de partij. Mogelijke deelname aan de regering door GroenLinks was deze keer geen reden om op de partij te stemmen. Hierdoor was de partij meer dan anders kwetsbaar voor strategisch stemgedrag.
En dat werd nog versterkt door de strijd tussen Rutte en Samsom. Ook onduidelijkheid over de koers van de partij droeg bij aan het slechte resultaat. De lijsttrekker heeft het tij niet kunnen keren. Zij is er niet in geslaagd positie te verwerven die stevig genoeg was om de kiezer naar GroenLinks te trekken.

De directe verklaring voor het verkiezingsresultaat zijn de conflicten die binnen de Tweede Kamerfractie speelden en het gebrek aan eendracht en samenwerking binnen de partij als geheel. In de partij en de Tweede Kamerfractie bestonden verschillen van inzicht over
zowel de partijorganisatie als over inhoudelijke kwesties. De fractie die in deze situatie in 2010 aantrad, heeft onvoldoende aandacht besteed aan haar interne cohesie en onvoldoende tijd gemaakt voor inhoudelijke gezamenlijke standpuntbepaling. Zij hing als los zand aan elkaar en dit leidde tot de conflicten die uiteindelijk ook voor de buitenwereld zichtbaar werden.
Dit valt de ervaren leden van de fractie, met name de fractievoorzitter en de leden van het fractiebestuur, aan te rekenen. Het fractiebestuur was geen eenheid en had daardoor in deze situatie niet de vereiste regie. Sterker nog: de toenemende wrijvingen binnen het fractiebestuur verergerden de situatie aanzienlijk.

De verwijdering tussen de partij en de Tweede Kamerfractie kwam aan het licht bij de kwestie Kunduz. De fractie onderschatte de weerstand in de partij op dit dossier. De steun voor de missie werd door de kiezer ook gezien als steun voor een impopulair kabinet. De druk die dit dossier op de fractie zette, zorgde ervoor dat de wrijvingen binnen de fractie nog heviger werden.
In de rest van de partij was onvoldoende gezag of leiderschap aanwezig om tegenwicht te bieden aan de fractie of om op te treden toen de fractie intern niet meer functioneerde.  Het partijbestuur had onvoldoende politiek gewicht om een volwaardige partner of tegenmacht te zijn voor de fractie. De stuurgroep strategie en campagnes (het regelmatige overleg tussen de voorzitters van de partij, van de fractie in de Tweede Kamer, de fractie in de Eerste Kamer, van de Europese delegatie en enkele adviseurs) functioneerde niet.

Pogingen om in de fractie in te grijpen mislukten. De interne conflicten kwamen aan het licht na de val van het kabinet, toen een van de fractieleden zich opwierp als tegenkandidaat tegen de zittend politiek leider. Dit was in de beeldvorming een teken dat er binnen de fractie geen onverdeeld vertrouwen was in die leider. De weifelende reactie van het partijbestuur en de kandidatencommissie op deze kandidaatstelling was gegeven de aandacht van de media inadequaat. Het berokkende de partij veel schade. Dat het conflict via sociale media werd uitgevochten maakte de zaak nog erger.

De commissie meent dat de verdeeldheid in de fractie en de wijze waarop die in de openbaarheid kwam, maakten dat de verkiezingen al voor de campagne verloren waren.
Dat het functioneren van de fractie en enkele incidenten de slechte uitslag verklaren, mag niet verhullen dat er structurele oorzaken ten grondslag liggen aan het slechte presteren van GroenLinks. Door de populariteit en het succes van de vorige politiek leider bleven deze
structurele problemen te lang onaangepakt.

Structurele interne problemen
De Tweede Kamerfractie heeft in haar standpuntbepaling te weinig het debat gezocht met de partij en die partij onvoldoende meegenomen. Het gewicht van de partij ten opzichte van de fractie is daarbij al jaren tanende.
Het partijbestuur is te weinig politiek en kan niet als volwaardig sparringpartner van de fractie opereren. Het partijbestuur heeft daarnaast niet de slagkracht en het doorzettingsvermogen waar de mediacratie in de 21e eeuw om vraagt. De stuurgroep ‘Strategie en Campagnes’ functioneert bovendien gebrekkig. Daardoor werken de verschillende onderdelen van de partij langs elkaar heen.

Een ander structureel probleem is dat er hardnekkige meningsverschillen zijn over of de partij moet functioneren als kiezerspartij of ledenpartij. Daardoor verloopt de samenwerking tussen de Tweede Kamerfractie, het partijbestuur en het partijbureau slecht. Dit conflict is ook breder in de partij zichtbaar. GroenLinks kent leden die sterk ideologisch bevlogen zijn of zeer inhoudelijk georiënteerd. Daarnaast zijn er meer kiezers- en mediageoriënteerde groepen. De genoemde groepen verstaan elkaar slecht en stellen zich door hun bevlogenheid te vaak onverzoenlijk op. Een en ander leidt tot hardnekkige onvrede en aanhoudende conflicten, waarbij gepolariseerde groepen de goede omgangsvormen soms uit het oog verliezen.

De commissie constateert verder dat bij het invullen van belangrijke posities uit een kleine vijver wordt gevist. Voor de fractie worden mensen van buiten aangetrokken die weinig geworteld zijn in de partij.
Voor andere functies in de partij is het lastig kandidaten met gewicht te vinden en vervullen enkelingen onwenselijke dubbelfuncties. De partij heeft haar politiek personeelsbeleid (scouting van talent, vorming en scholing van talent en begeleiding van politieke
professionals) met weinig succes gevoerd.

Voor wat betreft het aanwijzen van de politieke leider komt de commissie tot het oordeel dat het niet meer bij deze tijd past om dat in kleine kring te regelen. Voor het kiezen van een lijsttrekker of voor de tussentijdse opvolging van de fractievoorzitter moet voortaan een volwaardig referendum met meerdere kandidaten worden georganiseerd. Een geschiktheidsoordeel van een kandidatencommissie is daarbij overbodig: we kunnen erop vertrouwen dat de leden uitstekend in staat zijn een politiek leider te kiezen.

Over de koers van de partij constateert de commissie dat de partij er vooral last van heeft dat voor de kiezer onvoldoende duidelijk is waar de partij nu voor staat. Deze onduidelijkheid heeft een aantal oorzaken. Ten eerste is er de aanhoudende verdeeldheid binnen de partij over de sociale kwestie. Doordat het debat daarover niet bevredigend is afgerond, is het voor de partij lastig eendrachtig een consistente boodschap uit te dragen. Het is zeven jaar geleden dat geïnnoveerd is in het gedachtegoed op sociaaleconomisch terrein.
Ten tweede roept de hele partij om een vernieuwend en diepgravend debat op het gebied van duurzaamheid. Op deze kernwaarde van de partij liggen kansen om te laten zien dat GroenLinks een ideeënpartij is en aansluiting zoekt bij maatschappelijke bewegingen. Ten derde kreeg de gerichtheid op regeringsdeelname meer aandacht dan de eigen waarden en ideeën. Ook dat heeft het verhaal van GroenLinks vertroebeld.

Ten slotte merkt de commissie op dat GroenLinks (dat met haar groene en internationaal georiënteerde profiel toch al een buitenpositie inneemt) zich op erg veel verschillende onderwerpen wil profileren. Deze keuze mag inhoudelijk verdedigbaar zijn, maar de
accumulatie van veel verschillende standpunten waar steeds maar weinig kiezers zich in herkennen maakt de electorale basis wel erg smal. De partij doet er, als zij wil ontsnappen uit een electorale niche, goed aan consequent nadruk te leggen op haar kernwaarden, en
focus aanbrengen in de communicatie daarover na de verkiezingsnederlaag.

Aanbevelingen
Als GroenLinks weer een goed resultaat wil boeken moet:

•          er een bestuur worden aangesteld met de slagkracht, doorzettingsmacht en het politiek gewicht om een gelijkwaardige sparringpartner voor de Tweede Kamerfractie te zijn;
•          het debat over enkele beeldbepalende issues worden gevoerd zodat de partij weer eendrachtig naar buiten kan treden met een duidelijk verhaal;
•          de strategische aansturing van de partij op orde worden gebracht, zodat de partij slagvaardig kan optreden in de mediacratie van de 21e eeuw;
•          de partij zich omvormen tot open debatpartij, waarbij het bestuur de voorwaarden schept en de fractie het debat met de leden actief en zo tijdig mogelijk aangaat;
•          de partij inzetten op professioneel politiek personeelsbeleid: het scouten, werven, opleiden en begeleiden van politiek talent;
•          de partij haar lijsttrekker of, bij tussentijdse opvolging, fractievoorzitter in de Tweede Kamer voortaan kiezen via een referendum met meerdere kandidaten;
•          GroenLinks investeren in een onderscheidend profiel op de onbetwiste kernwaarden van GroenLinks: groen en links;
•          de partij kiezen voor een sterkere externe oriëntatie, door meer het contact te zoeken met de kiezer en met maatschappelijke organisaties.

vrijdag 25 januari 2013

Het Vaderhuis












  
Toch meen ik, moet, na Darwin’s vond,
Zijn luister nog vrij hooger klimmen.

De diergaarde is nu heilige grond:
Is niet de mensch het kroost der simmen?

Dus komt men in Artis, sla een kruis
En kus de grond van ’t VADERHUIS.

***

J.P. Hasebroek (1865)














donderdag 24 januari 2013

Zap service

Pauw en Witteman hebben de 'zap service' bedacht.

P&W is een programma van een uur, en dat is te lang. Er is namelijk niets te zien, het is uitsluitend gebabbel. Daar krijgt de kijker gauw genoeg van. Zelfs op de radio worden praatprogramma's van een uur altijd onderbroken door muziek.

De opgave voor de programmamaker van P&W is dus: HOE houd ik de kijker vast?

Het antwoord is: zap service. Wat gekke beelden afdraaien - iemand glijdt uit over een bananeschil -  en daarna nemen we de draad weer op. Let op: vlak vòòr de zap service vertelt Witteman nog wel gauw even wat er daarna komt. In de hoop dat de kijker blijft. De cliffhanger.

Ik heb er geen goed oordeel over, daarvoor zie ik het programma te weinig, maar voor mij werkt het niet. De zap service is een zoethoudertje waar ik de tv niet voor aanzet. Anders gezegd: hèt moment om het toestel uit te zetten. Zeker als daarna, zoals vanavond, nog advocaat Spong en presentator Philip Freriks op het programma staan. Veel uitgekauwder resp. slaapverwekkender kan het niet.

woensdag 23 januari 2013

Dierenbescheming en (geld voor) 'alternatieven'


Geachte …,

Hierbij vraagt de Dierenbescherming uw aandacht voor haar mening over het ganzenakkoord dat IPO/provincies en de Ganzen-7 (7 betrokken natuur- en landbouworganisaties) begin december 2012 hebben bereikt.

Wij zijn van mening dat het bereikte akkoord niet zorgt voor reductie in vliegaanvaringen en schade aan gewassen en natuur.

Het akkoord richt zich namelijk primair op symptoombestrijding, namelijk het doden van ganzen. Mogelijke innovatieve en duurzame alternatieven om dieren te weren of minder succesvol te laten broeden, zijn niet concreet opgenomen, terwijl deze wel voorhanden zijn. Wij willen u dan ook vragen het gebruik van deze duurzame en innovatieve diervriendelijker alternatieven concreet op te nemen in het akkoord, deze te stimuleren en onderzoeksgeld beschikbaar te stellen voor ontwikkeling en testen van alternatieven.

Het ganzenakkoord concentreert zich op het reduceren van aantallen ganzen via het doden van dieren. De zogenaamde ‘gereedschapskist’ is niet concreet ingevuld met diervriendelijkere alternatieven, waardoor betrokken partijen op dit gebied ook geen bindende afspraken hebben gemaakt. Bestaande alternatieven die dieren effectief weten te weren en inrichtingsmaatregelen die kunnen voorkomen dat dierpopulaties ongebreideld door kunnen groeien, zijn niet genoemd en gebruik daarvan wordt niet geëist. Dit ganzenakkoord helpt de landgebruiker dan ook niet in zijn strijd tegen overlast.

Sterker nog, elk jaar weer zullen dieren gedood moeten worden zonder dat dit structureel bijdraagt aan het verminderen van schade. 
In Zuid-Holland is het afschot van zomerganzen opgelopen van 21.900 in 2009 naar 28.470 in 2011. Het aantal dieren is ook toegenomen (van 80.500 naar 107.000), net als de hoeveelheid schade aan gewassen (van 170.546 euro naar 311.509 euro). Dus het verruimen van de dodingsmaatregelen zoals plaatsvond in Zuid-Holland, heeft niet het gewenste effect. Schade aan gewassen wordt zelfs meer in plaats van minder!

Bovendien wordt nu voorgesteld ganzen te vangen en te doden met gebruik van CO2, met de nu gebruikte apparatuur een zeer dieronvriendelijke en daarnaast ook nog eens een arbeidsintensieve en dure methode. Een snelle rekensom op basis van het CLM rapport laat zien dat het wegvangen en doden tenminste 1,2 tot 2,4 miljoen per jaar gaat kosten. De totale zomerschade is nu 2 miljoen. Loont het te investeren in doden van dieren?
De Dierenbescherming is stellig van mening dat dit niet het geval is.

Voor zover de Dierenbescherming weet, is er maar één vergassingsinstallatie in Nederland beschikbaar. Dat is onvoldoende capaciteit en deze is bovendien onvoldoende geavanceerd, waardoor dieren een pijnlijke dood sterven en wettelijk nog niet toegestaan om te gebruiken voor inheemse ganzen. De Dierenbescherming vreest dan ook dat met dit akkoord provincies en landgebruikers publieksgeld willen gaan inzetten om vergassingscapaciteit te legaliseren, avanceren en uit te gaan breiden.

Echter, als provincies en betrokken partijen van mening zijn dat we publieksgeld moeten investeren om het probleem beheersbaar te maken, dan stelt de Dierenbescherming dat het maatschappelijk meer verantwoord is dat geld te reserveren voor onderzoek naar innovatieve, duurzame verjaagmethoden en het stimuleren van het gebruik van al bestaande middelen door landgebruikers. Zowel provincies als landgebruikers zijn er immers bij gebaat dat bestaande effectieve en diervriendelijke, duurzame middelen verder geavanceerd worden en nieuwe middelen beschikbaar komen die wel schade en overlast verminderen. Provincies besparen dan geld door minder te hoeven uitkeren aan schade bij agrariërs en landgebruikers zijn bij inzet van deze middelen niet meer afhankelijk van derden (ontheffing provincie en inzet van jager of dierplaagbestrijdingbedrijven).

Met vriendelijke groet,

Nederlandse Vereniging tot Bescherming van Dieren

cc. Brieven van soortgelijke strekking zijn verstuurd aan de volgende partijen:
Staatssecretaris Ministerie van Economische Zaken
G7 partijen en IPO
Vaste Tweede Kamerledencommissie EZ
Gedeputeerde Staten 12 provincies
Provinciale Staten 12 provincies
Faunabeheereenheden 12 provincies
Faunafonds 

***

Commentaar

De Dierenbescherming die in actie komt - dat maak je zelden of nooit mee.
Een pleidooi voor financiering van alternatieven voor dierproeven, bijvoorbeeld, kan ik me niet herinneren.
Terwijl het voorgenomen ganzenafschot toch het aantal proefdieren benadert dat jaarlijks gedood wordt.

Naarmate Nederland - en de wereld - voller wordt, wordt de strijd tegen de dieren genadelozer. 

maandag 21 januari 2013

Economisch model is pseudowetenschap


Bas Haring deed een aardige ontdekking. Hij probeert al langere tijd zich de beginselen van de economie/econometrie eigen te maken en ontdekte nu het volgende over het gebruik van modellen. Hij dacht dat een model in de economie hetzelfde zou zijn als een wiskundig model. Het ziet er namelijk zo uit. Maar het is het niet!

Hij schrijft dat in de wiskunde drie kwadraat negen betekent. Niet zo in de economie!

“Als er in een economisch model een kwadraat staat, betekent dat iets min of meer kwadraatachtigs. Drie kwadraat in de economie betekent iets tussen de acht en elf, en sowieso meer dan twee kwadraat.”

Als het anders was zou de staatshuishouding allicht niet zo’n puinhoop zijn (denk ik).

donderdag 17 januari 2013

Machiavelli-prijs 2012

 
De 16de eeuwse Florentijn Machiavelli heeft geen goede naam. Iemand van het kaliber ‘het doel heiligt de middelen’. Maar het kan veranderen. In Den Haag bestaat een stichting die zich Machiavelli noemt en die jaarlijks een prijs uitreikt aan iemand die zich ingezet heeft ‘voor een betekenisvolle uitwisseling van denkbeelden over communicatie tussen politiek, overheid en burgers en over de rol die media daarbij spelen.’ 
De prijs is, naar ik meen, een beeldje van Machiavelli en de bedoeling is dat de onderscheiding als een eer ervaren wordt.

Het zal duidelijk zijn wie de prijs op 12 februari a.s. uitgereikt krijgt. Dat kan natuurlijk niemand anders zijn dan bauke vaatstra, de vader van.
Toch moet ik toegeven dat ik ervan opkeek toen ik het hoorde. Want zo ongewoon is het niet dat ouders hemel en aarde bewegen om de moordenaar van hun kind achter de tralies te krijgen. We hoeven maar te denken aan de verdwijning van Natalie Holloway. In eigen land lijkt de zaak op die van de moord op Andrea Luten, opgelost na 17 jaar.*

In de zaak-Vaatstra hebben de omstandigheden bijgedragen aan het effect op de samenleving, t.w. de aanwezigheid van een asielzoekerscentrum. Daardoor kreeg de moordzaak een extra lading.

 ***


* Jasper S. zal dus wel dezelfde straf krijgen : 15 jaar (eis 18 jaar).

Marcus Huibers: uit de kast


Dit is Marcus Huibers. Hij is bijzonder hoogleraar in Maastricht - bekostigd door het Riagg (?)  - en werkt ook aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Daarbij heeft hij – schrik niet – een kookrubriek in de Volkskrant. Hij is psycholoog. Als zodanig doorziet hij ook vrijwilligers bij de brandweer: die hebben ‘plezier' in het blussen.

Verrassing: Marcus is uit de kast gekomen. 5 januari 2013Dat zit zo. 
Hij schrijft op die datum in de Volkskrant nu eens niet over koken maar over jagen. En hij bekent: “Al veertig jaar ben ik gefascineerd door de jacht, en dan met name door het verlangen om zelf eens zo’n wild eendje uit de lucht te schieten.”
Veertig jaar lang heeft hij het verborgen weten te houden, maar nu hield hij het niet meer: het moest eruit, en iedereen zou het weten.

En jawel, hij maakt er werk van. Hij benadert de jagersvereniging – de “Koninklijke” – en vindt een  mannetje bereid met hem.... het veld in te gaan, “zoals dat heet” (quote Huibers).
Welnu, hij krijgt waar voor z’n geld. Met name de fazanten hebben er zin in. Die maken er een wedstrijdje van, in Huibers’ verhitte brein. Compleet met cornervlag, middenstip, doellijn en goal. En helaas, noteert hij, “de fazanten waren slimmer en hebben de wedstrijd gewonnen.” Staat tegenover dat ze wel een haas en een eend gedood hebben. Dus eigenlijk is het toch 2-1. Barend feliciteert.

Jagen doe je voor je plezier, niet uit nooddruft, dat ziet Huibers wel in. Hij wordt er helemaal lyrisch van. Hij spreekt van een heilig verbond tussen jager en prooi, dat de jager dichter bij God brengt; de jager die leven neemt en leven geeft. “Leven geeft”? Nou ja, dichterlijke vrijheid.

Dat een dier geen enkele serieuze kans heeft tegen moderne vuurwapens, vaak nog met een hulpmiddel erop als een telescoopvizier, dat de jager zelf geen enkel risico loopt (tenzij door een collega geraakt te worden), dat jagen dus eigenlijk een heel ongelijke en laffe manier van doen is, zover is Huibers nog niet.

Integendeel, hij bewondert het vakmanschap van de jager die een opgejaagd dier weet te raken. Je zou dan toch willen dat hij eens een kijkje zou nemen bij een schietsportvereniging. Daar vind je mensen die er plezier in hebben hun wapen te beheersen en daar eindeloos op oefenen.

Geen lustmoordenaars maar sportschutters.
(Een bril is geen aanbeveling.)

Huibers' lyriek lees je hier. 

woensdag 16 januari 2013

Condor



DE CONDOR

Ik ben de Condor
Vultur gryphus L.
Condor
Konder
Condor (qu'on ne dort pas)

Ik ben een der machtigste roofvogels ter wereld
Mijn vleugelspanwijdte is drie meter,
ik stam af van de grootste vliegende vogel
die ooit heeft geleefd:
Teratornis incredibilis.

Mijn territorium heet Cordilleras de los Andes
en strekt zich uit van Kaap Hoorn
tot aan de Caribische Zee.

Op zoek naar voedsel
cirkel ik boven Aconcagua,
de allerhoogste berg van heel Amerika.

Ik eet letterlijk alles,
dood of levend -
als het maar dierlijk is.

Ik kan zeer oud worden.
Wel meer dan vijftig jaar!

Ik ben geboren in Artis op 22 juni 1995.


Frits Müller




 

Telefoon: 0014..........

Gebeld door Engels sprekende man; telefoonnummer begint met 0014.

Of hij de eigenaar van deze telefoon kan spreken.

Onmiddellijk geantwoord: "No that is not possible. Goodbye." 

Dit zijn bendes die onder valse voorwendselen in je pc willen inbreken  (Ook andere netnummers worden gebruikt.)

dinsdag 15 januari 2013

Plantage

Een plantage is een stuk grond waarop op grote schaal gewassen in monocultuur verbouwd worden. Plantages komen meestal voor in de tropen, met gewassen als bijvoorbeeld suikerriet, koffie, thee, bananen, soja, ananas, aloë vera, teakhout, cacao, coca, hennep, opium en tabak.
Plantages zijn op grote schaal aangelegd in de 16de en 17de eeuw door de Portugezen, Spanjaarden, Engelsen, Fransen, Nederlanders en andere Europeanen. Ook Nederlands-Indië kende plantages op grote schaal. Wegens de grote hoeveelheid goedkope inlandse arbeidskrachten was het hier echter niet noodzakelijk slaven in te zetten.

In diverse steden in Nederland bestaat een buurt of wijk die Plantage wordt genoemd. Zo in Amsterdam. Voor het gebied, dat bij de stadsuitbreiding van circa 1663 (de vierde uitleg) binnen de grote omwalling met de 26 bolwerken van Daniël Stalpaert was gebracht, bleken niet genoeg kopers.
De bouw stagneerde en in dit gebied, dat men de Plantage noemde, werden tuinen en semi-permanente uitspanningen, etc. aangelegd, waar de Amsterdammers zich in het groen konden verpozen.

De Hortus Botanicus Amsterdam ligt sinds 1682 in de Plantage. In 1838 opende het Koninklijk Zoölogisch Genootschap "Natura Artis Magistra” in de Plantage de hoofdstedelijke dierentuin Artis. Van de drie hoofdgrachten was de Prinsengracht ook ten oosten van de Muidergracht verlengd. Dit deel van de Nieuwe Prinsengracht deelde Artis lange tijd in tweeën. De drie vijvers binnen het Artiscomplex herinneren nu nog aan het in 1866 gedempte deel van die gracht.

Pas na 1860 raakte het gebied meer bebouwd en werd de Plantage de enige woonwijk binnen de Singelgracht met een 19e-eeuwse bebouwing. De Plantage wordt nog steeds gekenmerkt door een groen karakter.

De belangrijkste straat is de Plantage Middenlaan. 

De namen van veel andere straten in de buurt beginnen ook met Plantage: Plantage Parklaan, Plantage Kerklaan, Plantage Doklaan, Plantage Badlaan, Plantage Lepellaan, Plantage Franselaan (thans Henri Polaklaan), Plantage Muidergracht, Plantage Westermanlaan (de voormalige Plantage Prinsenlaan) en de Plantagekade.


bron: wikipedia

Telefoon: stichting AAP

Gebeld door een mevrouw van/namens stichting AAP. Noemt haar naam niet.

Ze weet dat ik de organisatie steun met Air Miles en daar is ze heel blij mee. Ze wil me dan ook uitnodigen voor een bezoek. Maar voor ze daarmee verder gaat, krijg ik eerst een lang verhaal over nieuwbouw. En dat de inrichting ervan zo duur is – speeltjes voor de apen en zo. Enne…. of ik niet voor wat euro’s per maand donateur wil worden.

***

Ze weten wel wie ze bellen (maar niet heus).

maandag 14 januari 2013

Wat kost een nieuwe hoogtemeter? (Boeing 737)


De hoogtemeter van de Boeing van Turkish Airlines die op 25 februari 2009 neerstortte bij Schiphol was in de periode januari 2008 tot en met februari 2009 (14 maanden), 16 keer kapot. 

Dat antwoordde staatssecretaris Wilma Mansveld van Infrastructuur maandag op vragen van PvdA-Kamerlid Attje Kuiken.

Het is niet waar, zo schrijft de staatssecretaris, dat de defecten niet zijn gerepareerd. 'In alle gevallen is actie ondernomen zoals het opnieuw opstarten van het systeem en het vervangen van de antenne', schrijft ze aan de Tweede Kamer.

De Boeing 737 van Turkish Airlines had 135 mensen aan boord. Het vliegtuig stortte 25 februari 2009 tijdens de landing neer in een weiland vlakbij Schiphol. Negen mensen kwamen om het leven en 120 anderen raakten gewond.

zaterdag 12 januari 2013

Thierry Baudet (2)



Thierry Baudet: "Weet je wie ook één Europa wilde? Adolf Hitler!"


***
Commentaar Peter Middendorp: 
"Baudet, de nieuwste loot aan de stam van de kwaadaardige onjuistheid, naar wie we elke avond kunnen luisteren, weliswaar vrijwillig."

De handel in honden (2)

RECHTBANK BREDA 
vonnis d.d. 12 december 2012 

inzake 

[eiseres], 
wonende te [woonplaats], 
eiseres, 
gemachtigde: de heer H. Baaij, werkzaam bij de Stichting Dier & Recht te Amsterdam, 

tegen 

1. [gedaagde 1], en 
2. [gedaagde 2], 
beiden handelend onder de kennelsnaam “[X]”, wonende te [adres] 
gedaagden, schriftelijk procederend in persoon. 

1. Het verdere verloop van het geding 
(…)

2. Het geschil 
2.1 Eiseres vordert -na vermindering van eis- bij vonnis, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad: 
I. voor recht te verklaren dat gedaagden een toerekenbare tekortkoming hebben begaan in de nakoming van de verbintenis met eiseres en daarom schadeplichtig zijn ten aanzien van de koopsom en de schade; 
II. voor recht te verklaren dat gedaagden zich schuldig hebben gemaakt aan oneerlijke handelspraktijken en daarom schadeplichtig zijn ten aanzien van de schade; 
III. gedaagden te veroordelen om aan eiseres te betalen binnen twee weken na het te wijzen vonnis een bedrag in hoofdsom van € 7.904,38, bestaande uit medische kosten (1.570,98), reiskosten (€ 293,40), kosten rechtsbijstand (€ 1.190,00), teruggaaf koopsom (€ 850,00) en smartegeld (€ 4.000,00), te vermeerderen met de wettelijke rente; 
IV. gedaagden te veroordelen in de kosten van deze procedure, alsmede de nakosten. 
2.2 Gedaagden voeren bij antwoord en tijdens de mondelinge behandeling verweer. 


3. De verdere beoordeling 

3.1 Tijdens voormelde mondelinge behandeling hebben partijen geen minnelijke regeling bereikt. Partijen hebben allebei volhard bij hun eerder ingenomen standpunten en deze ter zitting nader toegelicht. Voor zover nodig zal de kantonrechter hierna op deze standpunten terugkomen. 

3.2 De kantonrechter gaat uit van de navolgende tussen partijen vaststaande feiten. 


3.2.1 Op 1 februari 2010 heeft eiseres de Ierse setter, “Voltaire of the Hunter’s Home” roepnaam Sam, geboren 29 november 2009, gekocht bij de reeds sinds 1973 bestaande Ierse setter Kennel “[X]” voor de prijs van € 850,00. Hierbij is mondelinge koopovereenkomst gesloten. Het was de derde keer dat eiseres een Ierse setter kocht bij laatstgenoemd kennel. Er is sprake van een consumentenkoop in de zin van artikel 7:5 lid 1 BW. Een kopie van de stamboom van de Raad van Beheer is als productie 1 bij dagvaarding overgelegd. 

3.2.2 De Kennel [X], staat sinds 1973 geregistreerd bij de Raad van Beheer, staat op naam van gedaagde sub 1. 
(...)

3.2.4 Op 18 mei 2011 heeft Sam een epileptische aanval gekregen. Sam was op dat moment ca. 18 maanden oud. Eiseres heeft Sam diezelfde dag naar het Dierengezondheidscentrum (DGC) te Rotterdam gebracht, waar zij na de diagnose epilepsie epileptische medicatie heeft meegekregen en tevens bloed is afgenomen voor een klinisch onderzoek. Vanwege de ernst van de aandoening werd een MRI-scan geadviseerd. 

3.2.5 Eiseres heeft diezelfde dag gedaagden over deze diagnose ingelicht. Gedaagde sub 1 heeft toen medegedeeld dat een MRI-scan niet nodig was, zij verklaarde: “Het is onze hond, breng hem maar hier, wij resetten hem”. Aangezien eiseres het volste vertrouwen in gedaagden had, is Sam vervolgens 10 dagen bij gedaagden verbleven. 

3.2.6 Na terugkeer bij eiseres heeft Sam op 6 juli 2011 wederom een epileptische aanval gekregen. De DGC heeft toen extra epileptische medicatie voorgeschreven. 

3.2.7 Diezelfde dag heeft eiseres gedaagden opnieuw om advies gevraagd. 
Gedaagde sub 1 gaf toen aan dat zij niet geloofde in de diagnose epilepsie en dat zij dacht dat zij Sam kon “resetten”. Vertrouwend op gedaagden heeft eiseres op 7 juli 2011 wederom Sam bij de kennel afgeleverd nog steeds vertrouwend op de vakkundigheid van gedaagden. 

3.2.8 Gedaagden gaven aan minimaal 16 weken de hond te willen observeren. Echter na 17 dagen verzocht gedaagde sub 1 eiseres om Sam te komen ophalen vanwege persoonlijke omstandigheden. 

3.2.9 Vanaf het moment dat Sam voor de tweede maal bij eiseres werd terugbezorgd, bleven eiseres en gedaagden regelmatig overleggen over de toestand van Sam. 

3.2.10 Begin augustus 2011 adviseerden gedaagden eiseres om de medicatie van Sam te halveren. Vertrouwend op de deskundigheid van gedaagden heeft eiseres dit advies opgevolgd. 

3.2.11 Begin oktober 2011 kreeg Sam wederom epileptische aanvallen. Gedaagden ontkenden de diagnose epilepsie nog steeds. De zoon van eiseres heeft Sam toen naar de dierenarts gebracht waar hij injecties kreeg om de aanvallen te stoppen. 

3.2.12 Op 9 oktober 2011 heeft eiseres Sam op advies van gedaagde sub 2 teruggebracht naar gedaagden. Ook toen ontkenden gedaagden de diagnose epilepsie. Eiseres heeft toen wel de epilepsiemedicatie aan gedaagden afgegeven. DGC had aangegeven, dat de voorgeschreven medicatie onder geen voorwaarde gestopt mocht worden. Nog steeds vertouwde eiseres op de ervaring en deskundigheid van gedaagden. 
Op 9 september 2011 heeft Sam echter zeven aanvallen gehad. Volgens gedaagden leed Sam aan paniekaanvallen en niet aan epilepsieaanvallen. Deze stelling baseerden gedaagden naar eigen zeggen op het advies van vier dierenartsen. 

3.2.13 Gedaagden hebben vervolgens Sam zonder overleg met eiseres meegegeven aan een kennis die volgens hen gedragstherapeute is. Gedaagden hebben aan deze kennis geen epilepsiemedicatie meegegeven. Toen Sam na tien dagen steeds meer aanvallen kreeg, heeft deze kennis Sam teruggebracht naar gedaagden. 

3.2.14 Op 26 oktober 2011 heeft eiseres Sam weer opgehaald bij gedaagden. Op deze dag heeft Sam zeven epileptische aanvallen gehad. 

3.2.15 Op 27 oktober 2011 heeft eiseres Sam naar de DGC gebracht, waar Sam een infuus kreeg en eiseres doorverwees naar de Diergeneeskundige Kliniek Utrecht. 

3.2.16 In de Diergeneeskundige Kliniek Utrecht kreeg Sam weer een infuus en werd zijn epilepsiemedicatie verhoogd. 

3.2.17 Op 30 oktober 2011 heeft eiseres Sam weer opgehaald in laatstgenoemde kliniek. 
De volgende dagen heeft Sam tientallen aanvallen per dag gehad tengevolge waarvan Sam verlamd raakte. 

3.2.18 Van 3 tot 5 november 2011 heeft Sam op de intensive care van dezelfde kliniek gelegen. In deze dagen is een MRI-scan en een ruggenmergpunctie uitgevoerd, in combinatie met een bloedonderzoek. Uit deze resultaten bleek wederom dat Sam aan primaire epilepsie leed. Een kopie van het verslag van opname is als productie 3 bij dagvaarding overgelegd. 

3.2.19 Vanaf het moment dat de epilepsiemedicatie op de juiste hoeveelheid werd ingesteld is het aantal epileptische aanvallen verminderd. Tijdelijke vermindering van de medicatie leidde tot meer aanvallen waarna de medicatie weer is verhoogd. 

3.2.20 Eiseres heeft gedaagden diverse malen gebeld en geconfronteerd met het dierenleed, de stress en de hoge dierenartskosten die de ziekte van Sam met zich meebrachten. Zij heeft hen gevraagd om haar tegemoet te komen in de dierenartskosten. Gedaagden zijn echter van mening, dat hen geen verwijt kan worden gemaakt omdat het hierbij gaat om een erfelijke afwijking en zij zien daarom ook geen reden om bij te dragen in de kosten. 

3.2.21 Eiseres heeft hierop in november 2011 om juridische bijstand gevraagd aan de Stichting Dier & Recht. Mw. A.M. van Dijk, juridisch adviseur van deze stichting, heeft vervolgens contact opgenomen met gedaagden en aan hen gevraagd om toch een tegemoetkoming in de dierenartskosten te overwegen, gezien de ernst van de situatie, gezien het feit dat het gaat om een erfelijke ziekte en het feit, dat gedaagden -volgens deze stichting- wisten of hadden kunnen weten dat zij met epileptische honden fokten. 

3.2.22 Gedaagde sub 2 heeft hierop gereageerd door wederom te zeggen dat zij niet voornemens zijn om eiseres tegemoet te komen. Wel wilde gedaagde sub 2 nadenken over het terugnemen van de hond maar trok dit enige dagen later weer in. Voornoemde mw. Van Dijk heeft over dit punt aan gedaagde sub 2 medegedeeld, dat zij het niet wenselijk vond de hond te retourneren, aangezien dit niet in het belang van de hond was en zij voorts bang was dat gedaagden de hond zouden laten inslapen. Verder was eiseres ook te zeer aan Sam gehecht om hem aan gedaagden te retourneren. 

3.2.23 Op 25 januari 2012 heeft de Stichting Dier & Recht ten behoeve van eiseres aan gedaagden een aansprakelijkheidsstelling gestuurd waarin zij een schadevergoeding voor de koopprijs en de gemaakte dierenartskosten. Op deze aansprakelijkheidsstelling hebben gedaagden niet gereageerd. Ook op de herinneringen van deze aansprakelijkheidsstellingen op 8 februari 2012 en 13 en 25 april 2012 hebben gedaagden niet gereageerd. 

3.2.24 In verband met het overlijden van Sam heeft eiseres haar eis verminderd omdat toekomstige medische kosten zijn vervallen. 

3.3 Eiseres baseert haar vorderingen (mede) op bovengenoemde vaststaande feiten en zij stelt verder dat zij schade heeft geleden doordat gedaagden toerekenbaar tekortkomen bij het leveren van een rashond die niet voldoet aan hetgeen mag worden verwacht van een rashond. Op grond van dit toerekenbaar tekortschieten (wanprestatie) vordert eiseres vermindering van de koopprijs tot nihil (artikel 7:22 lid 1 sub b BW) en teruggaaf van de reeds betaalde koopprijs, of teruggaaf van de koopprijs bij wijze van schadevergoeding. Voorts vordert eiseres schadevergoeding van de door haar gemaakte medische kosten (artikel 7:24 lid 1 BW) en aanvankelijk een bedrag ineens voor toekomstige schade (artikel 6:105 BW). 

Na het overlijden van Sam heeft laatstgenoemde vordering tot betaling van toekomstige schade laten vallen. Gedaagden hebben volgens haar willens en wetens honden gefokt met een (grote) kans op epilepsie en zij hebben dit volgens haar ook verzwegen. 

Zelfs na ontdekking van de onderhavige epilepsie bij Sam hebben gedaagden het bestaan van epilepsie ontkend. Eiseres stelt vast dat tot op het moment van dagvaarding geen waarschuwing op de website van [X] staat dat hun Ierse setters een grote kans op epilepsie hebben. Volgens eiseres is op deze wijze sprake van oneerlijke handelspraktijken (artikel 6:139 BW jo. artikel 6:162 BW) en voorts van het (opzettelijk) verzwijgen van informatie, waardoor zij tot een koop is overgegaan die zij anders niet zou hebben gesloten. Gedaagden zijn volgens haar ook op deze grondslag aansprakelijk voor alle schade die zij als gevolg van de misleiding (artikel 6:139j lid 2 BW) heeft geleden, te weten de aankoopsom en de door haar betaalde medische kosten. Tevens vordert eiseres vergoeding voor de vele uren verzorging van Sam en smartegeld vanwege het leed dat haar is aangedaan door het onrechtmatig handelen van gedaagden. Bij dagvaarding voert eiseres nog aan dat het zeer bezwaarlijk is om Sam terug te geven aan gedaagden alleen vanwege het feit, dat zij zeer gehecht is geraakt aan Sam. Door het overlijden van Sam is teruggave geen item meer. 

3.4 Gedaagden voeren bij antwoord en tijdens de mondelinge behandeling verweer tegen de vorderingen van eiseres. Zij benadrukken dat de Kennel [X] op naam van gedaagde sub 1 staat. Gedaagde sub 2 is als levenspartner wel direct betrokken bij de kennel. 


Uitgangspunt is steeds te fokken met weloverwogen combinaties met als prioriteit gezondheid. Zij erkennen de verkoop van Sam voor de namens eiseres genoemde prijs. 

Zij erkennen ook dat eiseres hen medio mei 2011 heeft geïnformeerd de eerste epileptische aanval bij Sam. Zij droegen ook kennis van de medicatie welke op grond van epilepsie aan Sam was voorgeschreven. Volgens gedaagden hebben zij Sam met de beste bedoelingen gefokt absoluut niet wetend dat bij deze hond epilepsie zou voorkomen. 
De vele namens eiseres overgelegde producties gegeven volgens hen een verkeerd beeld van mogelijke verwantschap met honden waarbij wel in het verleden sprake was van epilepsie. Zij bevestigen verder dat Sam na de eerste melding van epilepsie door eiseres enkele malen bij hen heeft verbleven voor observatie hierbij is volgens hen bijna dagelijks contact met eiseres geweest. Ook is er contact geweest met dierenartsen om de situatie rond Sam te bespreken. Eiseres zelf heeft hen volgens gedaagden nooit benaderd over nalatigheid, aansprakelijkheid of financiële vergoeding. Volgens hen is vanuit de gemachtigde van eiseres “een heksenjacht” gaande tegen alle erkende fokkers van rashonden en wil deze gemachtigde zonodig een voorbeeld stellen. Deze gemachtigde heeft volgens hen ook bewust de publiciteit gezocht. 

Voorzienbaarheid? 


3.5 De kantonrechter overweegt hieromtrent het navolgende. Naar het oordeel van de kantonrechter is het binnen Nederland al enige jaren een feit van algemene bekendheid, dat onder rashonden, zoals Ierse setters, veel erfelijke aandoeningen voorkomen. 

Uit literatuur en wetenschappelijk onderzoek blijkt dat de huidige gezondheidstoestand van rashonden grote zorgen baart. Gedaagde sub 1, die stelt de afgelopen jaren zelf betrokken te zijn geweest bij wetenschappelijk onderzoek, moet deze wetenschap ook hebben. 

In dat verband is ook - zeker voor haar - een feit van algemene bekendheid, dat juist bij de Ierse setter een aanzienlijk verhoogde kans op epilepsie bestaat. Gelet op deze wetenschap bij gedaagde sub 1 begrijpt de kantonrechter niet dat gedaagden zo lange tijd hebben ontkend, dat Sam aan primaire epilepsie leed. De kantonrechter vermoedt dat dit ontkennen - tegen beter weten in - slechts te maken kan hebben met de vrees/angst voor negatieve publiciteit rond de kennel. Door zo te handelen heeft zij zeker niet in het belang van Sam gehandeld. Epilepsie was voorzienbaar bij Sam en helaas heeft deze voorzienbare mogelijkheid zich bij Sam ook gemanifesteerd. 

3.6 Door op haar website met geen woord te reppen over de kans op epilepsie onthoudt gedaagde sub 1 - als kennelhoudster tevens erkend fokster - potentiële kopers relevante informatie. Ook hier vermoedt de kantonrechter slechts een commercieel belang. 


Waarom geen openheid op dit punt? De potentiële koper, waaronder eiseres, kan dan zelf afwegen of zij - ondanks deze wetenschap - wenst over te gaan tot aankoop. Omdat een hond een levend wezen is, kan de verkoper nooit 100% garanderen dat een hond bij aankoop gezond is en blijft. De verkoper moet echter wel kunnen aantonen dat hij er alles aan gedaan heeft om te zorgen dat de hond gezond is. Gedaagde sub 1 heeft op dit punt als geregistreerde fokker een uitgebreide zorgplicht. 

Non-conformiteit? 


3.7 De kantonrechter is met eiseres van oordeel, dat Sam vanwege de vastgestelde epilepsie niet voldeed aan de verwachting die eiseres in redelijkheid bij de aankoop van deze rashond mocht hebben. Dit klemt temeer nu Sam kennelijk de derde pup was, die eiseres bij de kennelijk van gedaagde sub 1 kocht. Gelet op de bovenmatige hoeveelheid verzorging, de medische kosten en de bij de hond geconstateerde verschijnselen, is er geen sprake van “normaal gebruik”. Een consument, zoals eiseres, mag zeker van een relatief dure rashond met stamboom verwachten dat deze gezond is en niet binnen 15 maanden na aankoop een dergelijke ernstige afwijking, zoals epilepsie vertoont. Voldoende is op basis van de overgelegde medische bescheiden gebleken, dat Sam vanaf zijn geboorte belast met een erfelijke vorm van epilepsie. Slechts de aard van het gebrek verzette zich ertegen dat deze afwijking zich niet eerder openbaarde. Primaire epilepsie openbaart zich immers gemiddeld op een leeftijd van 1 tot 3 jaar. De literatuur en het wetenschappelijk onderzoek, waarnaar in de namens eiseres overgelegde stukken wordt verwezen, zijn daar duidelijk over. 

Onweersproken staat verder vast dat door of namens gedaagde sub 1 nadrukkelijk is verklaard, dat eiseres zich geen zorgen behoefde te maken over de gezondheid van de - te kopen - pup omdat de moeder van Sam al eerder gezonde nestjes had voortgebracht. 
Uit niets blijkt dat eiseres van haar kant niet aan haar onderzoeksplicht (artikel 7:17 lid 5 BW) als koper zou hebben voldaan. Juist gedaagde sub 1 heeft van haar kant haar mededelingsplicht geschonden door niets mede te delen over deze relatief veel voorkomende aandoening bij Ierse setters. 
Samengevat is de kantonrechter van oordeel, dat gedaagde sub 1 toerekenbaar tekort is gekomen in de nakoming van hun verplichtingen jegens eiseres. Eiseres heeft binnen bekwame tijd (artikel 7:23 BW) na ontdekking van het gebrek hiervan melding gedaan aan gedaagde sub 1. Gelet op voorgaande zal de kantonrechter hierna voor recht verklaren dat gedaagde sub 1 toerekenbaar tekort zijn geschoten in de nakoming van de verbintenis met eiseres en daarom schadeplichtig is wat betreft de koopsom en de geleden schade. 
(…)


4. De beslissing 

De kantonrechter: 

verklaart voor recht dat gedaagde sub 1 toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de onderhavige koopovereenkomst met eiseres en dat zij daarom schadeplichtig is wat betreft de koopsom en de geleden schade. 



veroordeelt gedaagde sub 1 om binnen twee weken na heden aan eiseres te betalen een bedrag van € 4.117,98, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 8 februari 2012 tot aan de dag der algehele voldoening; 


veroordeelt gedaagde sub 1 in de kosten van dit geding, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op € 931,62, daarin begrepen een bedrag van € 400,00 als salaris voor de gemachtigde van eiseres, te voldoen binnen twee weken na heden; 


verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad; 


wijst de vorderingen van eiseres jegens gedaagde sub 1 voor het overige af. 


Dit vonnis is gewezen door mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op woensdag 12 december 2012.