vrijdag 23 december 2016

Verkoeveren

verkoeveren [zich herstellen] {vercoeveren, vercouveren [terugkrijgen, zich herstellen] 1300}

ook middelnederlands vercoevereren {1339} van co(e)vereren [herwinnen] < oudfrans couvrer <  

latijn (re)cuperare [idem] (vgl. recupereren).

P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Van Dale Etymologisch woordenboek

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten