De 844 miljoen baseparen in het DNA die het genoom van de
aardappel vormen, tellen een verrassend groot aantal genen, 39.000.
Deze dragen de informatie voor eiwitten die zorgen voor de
groei en ontwikkeling van de plant.
Van bijna alle genen is de locatie op één van de twaalf
chromosomen van de aardappel nu bekend.
(Tetraploïde: 4 x 12 chromosomen)
Uit de data blijkt dat aardappelrassen voor ieder gen
weliswaar vaak wel drie of vier verschillende versies bevatten, maar dat de
totale genetische diversiteit binnen de geteelde rassen toch heel beperkt is.
Deze smalle genetische basis is te verklaren uit het geringe aantal aardappels
dat vanuit Zuid-Amerika in de 16e eeuw naar Europa is gekomen en sindsdien de
basis is geweest voor de aardappelveredeling.
Chemische samenstelling
Hoofdbestanddelen
|
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Geen opmerkingen:
Een reactie posten