vrijdag 27 december 2013

Lelystad

Ik ben tweemaal in Lelystad geweest, zonder iets van de stad gezien te hebben. Eenmaal op bezoek in het trainingscentrum van Martin Gaus en, langer geleden, een ontmoeting met Tjeerd Veenstra, directeur van het plaatselijke dierenasiel. Beide organisaties liggen wegens het geblaf van de honden aan de rand van de stad.

Joris van Casteren is in Lelystad geboren en getogen en hij schreef er een boekje over. Je kunt beter zeggen: hij deed er een boekje over open. Waar de meeste mensen met genoegen terugdenken aan hun kindertijd en soms met een zekere trots kunnen verhalen over hun geboorteplaats, is de tekst van Van Casteren ongeveer het tegenovergestelde. Het is zo ontluisterend dat ik vermoed dat de schrijver zich daar maar beter niet meer kan laten zien. De plaatselijke VVV zal het zeker niet aanbevelen.

Het is niet zo dat de jeugdige Van Casteren zich er niet geamuseerd heeft.
Dat zeker wel, maar dan vooral op een manier die weinig mensen zullen waarderen. Hij haalde met vriendjes kattenkwaad uit, soms grenzend aan vandalisme. Een voorbeeld van het eerste is het plaatsen van de grote rolemmer voor de voordeur van onbekenden, dan belletje trekken en weglopen. En van het tweede: het slopen van neonletters bovenop het pand van de supermarkt De Boer. Daar stond eerst: SUPERMARKT DE BOER. Dat werd: S.PERMA... DE BOER. Verschillende malen kwamen hij en z’n vriendjes op het politiebureau terecht maar door hun jeugdige leeftijd kwamen ze er genadig van af.

De oorzaak van dit gedrag was verveling. En onvoldoende toezicht van ouders, die in Lelystad bijna allemaal gescheiden zijn.

Het gebied is drooggelegd in 1957. Van de grootse plannen met de nieuwe stad, sinds 1967, is niets terecht gekomen. De situatie doet denken aan het vroegere Australië, gevormd als dat is door criminelen uit Engeland. In Lelystad kwamen dan wel niet meteen criminelen maar toch vaak mensen terecht die niet uit het juiste pioniershout waren gesneden. Uit Amsterdam bijvoorbeeld.

De geplande inpoldering van het Markermeer en de aansluiting aan het Markerwaard gingen te elfder ure niet door. Kwam nog eens bij dat de stad overvleugeld werd door Almere, dat dichter bij Amsterdam ligt, en ook direct aan de snelweg, de A6.

Toch zou iedereen het boek moeten lezen. Het is namelijk hilarisch. Helemaal niet somber, maar een feitelijk relaas van hoe misgaat wat mis kan gaan. Het aantal faillissementen is niet te tellen. De criminaliteit tiert er welig. Het is ook geen wraakneming. De schrijver heeft zich namelijk terdege verdiept in de materie: hij geeft achterin veertien bladzijden bronnen. Onder anderen passeren wijlen landdrost Han Lammers en burgemeester Hans Gruijters de revue.

Het verhaal is opgebouwd uit twee delen. In het eerste staan de hoofdstukken over zijn jeugd. Het tweede bevat een weerzien met de stad, zo’n vijftien na zijn vertrek. Tijdens dat bezoek sprak hij ook nog met kennissen van vroeger en met oude mensen die de opbouw van de stad – en het verval - hebben meegemaakt.

Om een idee van de stijl te geven als hij zijn ouderlijk huis terugziet: “In 1976 had ik in de smetteloze omgeving leren fietsen, nu leek het of er een zware bom ontploft was. Schuttingen waren omver geblazen, in de achtertuinen lagen vuilniszakken en verroeste winkelwagens. De loodgrijze kap miste dakpannen, van de asbestplaten waren stukken afgebroken.”

***

.
Een komisch detail is 'de zuil van Lely'. In 2005 geplaatst in het centrum, 32 meter hoog. Daarbovenop kwam een standbeeld van Cornelis Lely (1854-1929). Geen mens kon dat natuurlijk zien. De maker ervan eiste dan ook verwijdering. Geen nood, de gemeente liet er toen een afgietsel op plaatsen van het standbeeld van Lely dat op de Afsluitdijk staat (en waarvan de maker, Mari Andriessen, al in 1979 overleden was). Het staat er nu nog.(foto)
Het beeld van Piet Esser staat er ook nog, elders in de stad. Lely wat de klok slaat.
***

Geheel in de trant van het boek lees ik in de krant van 18 december j.l.: “Plan Flevokust heeft het niet gehaald in de gemeenteraad van Lelystad. Gisteravond stemde een PvdA-raadslid tegen de verwachting in tegen het project, waardoor het met een verschil van één stem werd verworpen.”
 ______


Joris van Casteren, Lelystad (2008 Prometheus Amsterdam)

1 opmerking: