Fokker Spin (1910) |
De biograaf van Fokker, Marc Dierikx, is zo bezeten van zijn
onderwerp dat hij er maar liefst twee
biografieën aan wijdde. De eerste heette Dwarswind, en de nieuwste heet Anthony
Fokker. In dat laatste boek staat veel nieuw materiaal, en aardige foto’s, vooral
te danken aan contacten op het wereldwijde internet.
Tonnie werd geboren op Oost-Java, waar zijn (Nederlandse) ouders een koffieplantage bezaten. Zij konden het daar echter niet bolwerken en vertrokken in 1894 naar Nederland, Haarlem. Tonnie was toen vier jaar, zijn zus Toos vijf.
Fokker kon op school niet goed meekomen, en ten einde raad stuurden zijn ouders hem naar een ambachtsschool in Duitsland. Daar legde men zich toe op het ontwikkelen van de auto en het vliegtuig, en daar was Fokker in zijn element. Zozeer dat hij zelf vliegtuigen ging ontwerpen en liet bouwen, eerst in Berlijn, later ten noorden daarvan, in Schwerin. Ten tijde van de Eerste wereldoorlog produceerde hij gevechtsvliegtuigen voor de Duitsers, o.a. gevlogen door Hermann Göring - toen nog geen nazi - met wie Fokker bevriend was. Toen het nazisme de kop opstak en daarmee gepaard gaande vreemdelingenhaat, nam Fokker de wijk naar Amsterdam. Met Albert Plesman, de stichter van KLM, kon hij niet goed overweg. Plesman was meer geïnteresseerd in de aankoop van Amerikaanse vliegmachines.
In 1926 vestigde Fokker zich in New York. Hij voorzag dat hij daar beter zaken kon doen. Dat lukte maar zeer ten dele, doordat Fokker de technische ontwikkelingen niet kon volgen. Daarvoor had hij te weinig opleiding genoten. Zijn machines raakten technisch achterop. Uiteindelijk verloor Fokker zijn belangstelling en, multimiljonair zijnde, hield hij zich liever bezig met bijvoorbeeld luxe motorjachten.
Zijn zakelijke gedrevenheid bezorgde hem op het persoonlijke vlak teleurstellingen. Zijn eerste vrouw, een Duitse, scheidde van hem. Zijn tweede, Canadese, werd depressief door de relatie en sprong uit het raam van de 15de verdieping. Zijn laatste relatie was Jojo de Leuw, een jeugdige Nederlandse, die aanvankelijk zijn huishouding bestierde in Sankt Moritz waar hij ook graag kwam.
Tonnie werd geboren op Oost-Java, waar zijn (Nederlandse) ouders een koffieplantage bezaten. Zij konden het daar echter niet bolwerken en vertrokken in 1894 naar Nederland, Haarlem. Tonnie was toen vier jaar, zijn zus Toos vijf.
Fokker kon op school niet goed meekomen, en ten einde raad stuurden zijn ouders hem naar een ambachtsschool in Duitsland. Daar legde men zich toe op het ontwikkelen van de auto en het vliegtuig, en daar was Fokker in zijn element. Zozeer dat hij zelf vliegtuigen ging ontwerpen en liet bouwen, eerst in Berlijn, later ten noorden daarvan, in Schwerin. Ten tijde van de Eerste wereldoorlog produceerde hij gevechtsvliegtuigen voor de Duitsers, o.a. gevlogen door Hermann Göring - toen nog geen nazi - met wie Fokker bevriend was. Toen het nazisme de kop opstak en daarmee gepaard gaande vreemdelingenhaat, nam Fokker de wijk naar Amsterdam. Met Albert Plesman, de stichter van KLM, kon hij niet goed overweg. Plesman was meer geïnteresseerd in de aankoop van Amerikaanse vliegmachines.
In 1926 vestigde Fokker zich in New York. Hij voorzag dat hij daar beter zaken kon doen. Dat lukte maar zeer ten dele, doordat Fokker de technische ontwikkelingen niet kon volgen. Daarvoor had hij te weinig opleiding genoten. Zijn machines raakten technisch achterop. Uiteindelijk verloor Fokker zijn belangstelling en, multimiljonair zijnde, hield hij zich liever bezig met bijvoorbeeld luxe motorjachten.
Zijn zakelijke gedrevenheid bezorgde hem op het persoonlijke vlak teleurstellingen. Zijn eerste vrouw, een Duitse, scheidde van hem. Zijn tweede, Canadese, werd depressief door de relatie en sprong uit het raam van de 15de verdieping. Zijn laatste relatie was Jojo de Leuw, een jeugdige Nederlandse, die aanvankelijk zijn huishouding bestierde in Sankt Moritz waar hij ook graag kwam.
.
Doordat hij in het begin van de luchtvaart veel in open cockpits
van vliegtuigen had gezeten, had Fokker aanhoudend last van sinesitus, een voorhoofdsholte-ontsteking.
Eind 1939 liet hij zich daarvoor behandelen d.m.v. massage bij een New Yorkse
arts die er de voorkeur aan gaf hem licht te verdoven, met lachgas. Hij
ontwaakte er niet meer uit en overleed, 49 jaar oud. Een haast onwaardige dood
voor iemand die zoveel gevaar doorstaan had, en zoveel crashes overleefd.
Fokkers grote succes was enerzijds te danken aan zijn inventiviteit en technisch vernuft. Anderzijds zat hij in een geweldig goed, nieuw, internationaal product. Vliegtuigen waren aantrekkelijk door de tijdwinst die men ermee kon boeken. De productie ervan was kostbaar, en de winstmarges navenant groot.
Fokkers grote succes was enerzijds te danken aan zijn inventiviteit en technisch vernuft. Anderzijds zat hij in een geweldig goed, nieuw, internationaal product. Vliegtuigen waren aantrekkelijk door de tijdwinst die men ermee kon boeken. De productie ervan was kostbaar, en de winstmarges navenant groot.
***
Mark Dierikx, Anthony Fokker. Een vervlogen leven
(2014) Idem, Dwarswind. Een biografie van Anthony Fokker
(1997)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten