In Boekarest voetbalden de nationale elftallen van Roemenië en Nederland tegen
elkaar. Het begon met het spelen van de volksliederen, voor Nederland dus het
Wilhelmus met “Mijn schild ende betrouwen, zijt gij o God mijn Heer”.
Dat vertrouwen werd niet beschaamd: Nederland won. Slechts
eenmaal hield het schild geen stand en troffen de Roemenen doel. Maar Nederland
scoorde maar liefst viermaal.
Alsof ze er toch niet helemaal gerust op waren, sloegen
sommige Nederlandse voetballers bij de entree op het veld een kruisje, en keken daarbij
hoopvol omhoog. Sommigen deden dat ook bij het scoren van een doelpunt.
Het eigenaardige was dat er bij Roemenië spelers waren die dat òòk
deden: precies dezelfde gebaren en blikken. Alleen hadden zij er wat minder
reden toe.
Je zou verwachten dat God in Zijn wijsheid tot een
gelijkspel zou besluiten. Maar dat gebeurde dus niet. Ik vraag me af hoe de
Roemenen hiermee in het reine denken te komen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten