woensdag 28 november 2012

Welstandscommissie en Rechter


Welstandscommissies hebben het moeilijk. Ze keuren vergunningaanvragen af omdat ze een bouwsel ‘niet passend’ vinden. Het woord ‘mooi’ wordt uiteraard angstvallig vermeden; er wordt verwezen naar de criteria in de gemeentelijke welstandsnota. Als afschrikwekkend voorbeeld van verrommeling wordt Vlaanderen opgevoerd.
De Rijdende Rechter werd met zo’n kwestie geconfronteerd in Purmerend. Daar had een burger zijn hele tuin op de hoek met houten schuttingen afgezet, en op een deel daarvan wilde hij ook nog eens een rood-bruin schuin dak plaatsen. Dat moest iets als een carport worden. Afgekeurd door de welstandscommissie moest het hele werk afgebroken worden.

De Rijdende Rechter werd erbij geroepen. De hoofdpersonen, resp. wethouder, lid welstandscommisie en boze burger, waren niet de meest tv-genieke personen, maar dat maakte het alleen maar echter. Er werd een ritje met alle betrokkenen in een glimmende, ouderwetse open brandweerauto door de buitenwijken gemaakt, en er werd afgestapt bij bouwsels die volgens de klager op het zijne leken en die wel toegestaan waren. Als getuige-deskundige reed Cees Dam mee, de gerenommeerde architect, die de zaak echter niet heel serieus leek te nemen.

Als ervaren jurist loste Mr. Visser het geschil handig op. Hij maakte gebruik van de conversatie die hij met wethouder en lid welstandscommissie gevoerd had. Die hadden verklaard dat men er in onderling overleg vermoedelijk wel uitgekomen was, maar dat de burger dat overleg niet gezocht had en op eigen houtje aan de slag gegaan was. Mr. Visser hakte de knoop als volgt door. Het bouwwerk werd toegestaan – onder voorwaarden. Het dak mocht niet schuin, maar moest plat worden. De rest heb ik niet onthouden, maar de burger had er vrede mee. En de wethouder leek te kunnen leven met dit lesje in conflictoplossing.

Video hier 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten