maandag 9 september 2013

Alfabet



Zowel het Koptische als het Cyrillische alfabet zijn op het Griekse gebaseerd.
Ook het Latijnse alfabet vond zijn oorsprong in een westelijke vorm van het Griekse.

Het Griekse schrift vertegenwoordigt een belangrijke innovatie: het heeft namelijk klinkers.

De oudere schriften (Fenicisch, Hebreeuws en Egyptisch) hadden alleen medeklinkers. Voor de talen die daarmee geschreven werden werkte dat uitstekend omdat in die talen woorden die slechts één klinker verschillen, meestal een verwante betekenis hebben. In het Arabisch is dat nog steeds zo.

In nogal wat Indo-Europese talen zijn er echter veel woorden die niet of nauwelijks verwant zijn en toch alleen een klinkerverschil hebben. 
De Grieken hebben dit opgelost door een aantal medeklinkertekens die in hun taal niet nodig waren een andere betekenis te geven, namelijk als klinkers. 
Zo waren bijvoorbeeld de ε en de η oorspronkelijk twee verschillende h-klanken in het Semitisch, de α was een glottisslag, de υ komt van de w, en de ayn (die een laryngaal voorstelde) werd een ο.

Oorspronkelijk was het Griekse alfabet evenals het Fenicische linkslopend, dit wil zeggen dat het van rechts naar links werd geschreven. 
Daarna werd het ossenploegengewijs, dus afwisselend links- en rechts geschreven; pas later zet zich de rechtslopende schrijfrichting door. 

Tot in de 9e eeuw n. Chr. gebruikte men nog de huidige hoofdletters, die zonder spatie of rustteken werden geschreven.

De uitspraak van het Oudgrieks kennen wij bij benadering. Door de eeuwen heen is deze uitspraak sterk veranderd.
bron wikipedia

Geen opmerkingen:

Een reactie posten